zaterdag 23 oktober 2010

Rekenhof kritisch voor Subsidiestromen Toerisme


GPS Wandeling1Het Rekenhof heeft de vier budgettair belangrijkste subsidiestromen in het beleidsveld toerisme onderzocht: subsidies voor evenementen (1.398.000 EUR), voor het kunststedenactieplan (KSAP)(823.000 EUR), voor het kustactieplan (KAP)(2.178.000 EUR) en voor toeristisch-recreatieve projecten (TRP)( 7.781.000 EUR). De vier subsidiestromen hebben samen op jaarbasis een budget van 12,2 miljoen euro. Twee subsidiestromen (evenementen en KSAP) werken zonder formele regelgeving, De omvang van de tegemoetkoming is voor iedere subsidiestroom verschillend en de subsidievoorwaarden zijn niet strikt afgebakend. De subsidieaanvragen voor evenementen en voor het KSAP werden maar beperkt of informeel geëvalueerd. De administratie toetste niet systematisch aan alle subsidievoorwaarden en paste die evenmin consistent toe. Ze formuleerde voor 25% van de evenementen een negatief advies, maar de minister besliste die evenementen toch te subsidiëren, zonder die beslissing te motiveren. Voor het KAP bleken de adviezen van de jury eerder summier en bovendien kwamen de voorgeschreven selectiecriteria in de motivering niet systematisch aan bod. Subsidieaanvragen bevatten geregeld ondermaatse begrotingen: te weinig gedetailleerd en inhoudelijk niet duidelijk of zorgvuldig opgesteld.

De kenbaarheid die aan de subsidies voor evenementen wordt gegeven is beperkt. De voornaamste informatiebronnen zijn de website en publicaties van het DIV. Er worden wel gegevens uitgewisseld met Toerisme Vlaanderen over aankomende evenementen, maar potentiële subsidieaanvragers worden op geen enkele manier gericht geïnformeerd over het subsidiekanaal. De subsidievoorwaarden zijn onvoldoende concreet en onvoldoende duidelijk geformuleerd. Maar ook een aantal ingediende dossiers blijken bij controle niet in orde te zijn. In één dossier bleek de rubriek andere uitgaven 300.000 euro personeelskosten te omvatten bovenop de effectieve begrote personeelsuitgaven van 250.000 euro. Voor grote evenementen werden projectbegrotingen aanvaard, waarvan de begrotingsposten communicatie internationaal of communicatie lokaal, regionaal, nationaal zonder verdere uitsplitsingen worden begroot op 500.000 euro. Bij een andere subsidieaanvraag werd de begrotingspost vast personeelsbestand voor 675.000 euro geweigerd. Dat verlies werd grotendeels gecompenseerd door stijgingen op andere begrotingsposten ten belope van 525.000 euro. Dergelijke flexibele aanpassingen roepen vragen op over de kwaliteit of het realiteitsgehalte. Bijna alle onderzochte subsidietoekenningen werden betaald in 2 schijven: de eerste schijf of het voorschot na ondertekening van het subsidiebesluit en de tweede schijf na indiening van de verantwoordingsstukken. Het voorschot bedroeg altijd (veel) meer dan de helft van de subsidie. De subsidieontvanger beschikt over gelden die hij pas maanden later moet uitgeven. Voor een tentoonstelling die zal lopen vanaf 29 oktober 2010 werd in februari 2009 een voorschot van 250.000 euro (71% van de totale subsidie) betaald, tegen de uitdrukkelijke voorwaarde van de Inspectie van Financiën in.

De afrekeningen werden door de administratie meermaals onvoldoende gecontroleerd. Het Rekenhof noteerde heel wat tekortkomingen in de afrekeningen. Bepaalde inkomsten werden niet vermeld, waarbij ofwel het saldo onterecht werd uitbetaald ofwel een te laag bedrag werd teruggevorderd. Vaak is niet duidelijk of ingebrachte facturen wel op het evenement betrekking hebben; afrekeningen bevatten meerdere forfaitaire uitgavenposten zonder toelichting. In de afrekening werden alle kosten inclusief btw vermeld, terwijl BTW recuperatie mogelijk is. Uitgaven bevatten afschrijvingskosten, terwijl de aankoop van investeringsgoederen uitsloten is. Afrekeningen bevatten mathematische fouten (verkeerde btw-bedragen, verkeerde optelsommen en zo meer).

Bovendien varieert de overheidstegemoetkoming van 50% (evenementen), 60% (toeristisch-recreatieve projecten) tot 70% (kustactieplan) of zelfs onbepaald (kunststeden), zonder dat die verschillen verantwoord worden. Projectindieners die geen subsidie krijgen in het kader van het kunststeden- of kustactieplan (hoogste subsidiepercentage) kunnen een nieuwe poging ondernemen als toeristisch-recreatief project. De administratie heeft de aanvragen van de grootste subsidiestromen (kustactieplan en toeristisch-recreatieve projecten) uitgebreid geëvalueerd, maar de evaluaties zijn louter tekstueel, niet altijd consistent en werden niet gekwantificeerd. Van de evenementen en het kunststeden actieplan werden veelal beperkte of informele evaluaties gemaakt. De mindere kwaliteit van de evaluaties hangt ook samen met de te ruim geformuleerde toekenningscriteria. Tegen het advies van de administratie in keurde minister Geert Bourgeois (N-VA) zonder motivering een tiental evenementensubsidies goed.

De Vlaamse minister van Toerisme heeft gereageerd op het ontwerpverslag van de audit. De minister deelde mee dat hij er grotendeels mee akkoord gaat dat in een regelgevend kader voor de vier subsidiestromen van toerisme moet worden voorzien. Hij verwijst verder naar zijn beleidsnota Toerisme 2009-2014, waarin de uitwerking van impulsprogramma’s wordt aangekondigd. Met die impulsprogramma’s wil de minister alle subsidiestromen van toerisme gezamenlijk inzetten om aan een bepaald toeristisch product gerichte toeristische impulsen te geven. De minister beloofde een decretale verankering uit te werken en na te gaan aan welke administratie hij de subsidielijnen zal toevertrouwen. Dat zal ook worden bekeken bij de herstructurering van het agentschap Toerisme Vlaanderen. De minister reageerde niet op de beperkte operationalisering van de langetermijn doelstellingen. Hij ging ook niet in op de uitvoering door de administratie (evaluatie subsidieaanvragen, subsidietoekenning- en betaling, controle van de subsidieverantwoording) of het gebrek aan een globale evaluatie voor drie van de vier subsidiestromen. Lees verder: http://static.tijd.be/upload/subsidiestoerisme_2771431-520280.pdf

Geen opmerkingen: