maandag 30 januari 2012

HP bouwt eerste Vlaamse Supercomputer

De Universiteit Gent heeft samen met het Vlaams Supercomputer Centrum (VSC) voor HP gekozen om de eerste Vlaamse Supercomputer te bouwen. De cluster zal meteen het grootste academische rekensysteem zijn in Vlaanderen. Het aangeboden ‘high performance computing’ systeem met een prijskaartje van 4,2 miljoen euro wordt op basis van de Top 500 lijst meteen de grootste supercomputer van België. De Vlaamse Supercomputer wordt gehuisvest in het nieuwe datacentergebouw van de Universiteit Gent. Maar het systeem zal kunnen gebruikt worden door alle onderzoekers in de instellingen van de Vlaamse Associaties Universiteit-Hogescholen en de Vlaamse publieke onderzoeksinstellingen. Mogelijk gaan ook Vlaamse bedrijven er gebruik kunnen van maken.
De supercomputer met RedHat als besturingssysteem zal een piekprestatie hebben van 155 teraflops, wat merkelijk meer is dan de 90 teraflops waarvan in 2010 nog sprake was. HP heeft resoluut gekozen voor de Sandy Bridge technologie van Intel met een totaal van 8500 computerkernen met FDR Infiniband van Mellanox. HP staat ook in voor het netwerkgedeelte en het cluster management. De gespecialiseerde dataopslag wordt geleverd door Data Direct Network (DDN) terwijl Adaptive Computing in staat voor de scheduling software. De datacenter-infrastructuur is van de hand van APC (Schneider Electric).

De Vlaamse Supercomputer zal in productie gaan in de tweede helft van dit jaar. Voor de financiering van het VSC zorgt de Vlaamse Overheid - Departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI) en de Herculesstichting. Pikant detail is overigens wel dat de verdere structurele financiering van het VSC nog steeds niet rond is. Een gemeenschappelijke begeleidingscommissie van de Vlaamse regering, de Herculesstichting en enkele buitenlandse experts wil een structurele financiering, met een groeipad van 4 miljoen in 2012 tot 10,6 miljoen in 2016.

In mei vorig jaar moest de bevoegde Vlaamse minister van innovatie Ingrid Lieten nog 500.000 euro vrijmaken voor de werkingsmiddelen en de loonkosten van de acht personeelsleden van het VSC. In een antwoord op een parlementaire vraag, antwoordde ze toen dat het EWI en de Herculesstichting de opdracht gekregen hebben om een volledig dossier voor de financiering voor te bereiden. Ook rond het betalen van de uiteindelijke energiefactuur – niet min in het geval van een supercomputer – zijn er nog heel wat vraagtekens. Link: http://www.ugent.be/hpc/nl/vsc/tier1

Taiwanese whisky Kavalan te proeven op het whiskyfestival in Gent

Kavalan, de Taiwanese whisky, verraste een paar jaar geleden heel de whiskywereld door de Schotse whisky’s voor te gaan in een blindproeverij in Engeland en er zelfs als allerbeste te eindigen. Elke whiskyliefhebber wil sindsdien die whisky zeker eens proeven. Omwille van een probleem met de naam ‘Kavalan’ (door iemand anders gepatenteerd in heel Europa) kan de whisky voorlopig niet op de Europese markt worden gebracht. Het International Malt Whisky Festival Gent zette alles in het werk om Kavalan toch naar België te halen. Bezoekers aan het festival op 11 en 12 februari a.s. krijgen dus de unieke kans om deze schitterende whisky eindelijk te proeven. Taiwan is een zeer belangrijk whiskyland. Niet zozeer als producent (er zijn slechts twee distilleerderijen) maar als ‘whisky kenners’ en als afnemers van vooral Schotse whisky’s. In Taiwan wordt meer premium whisky gedronken dan in de rest van de wereld samen. En de Taiwanees kunnen ook zeggen dat zij het enig land zijn die evenveel single malt whisky als blended whisky wordt gedronken..

Het International Malt Whisky Festival Gent
Op dit jaarlijks evenement in Gent, presenteren alle whisky importeurs van België hun producten. Bezoekers kunnen PROEVEN en de whisky’s met deskundigen bespreken.
Verder zijn er INTRODUCTIETASTINGS, voor wie toch nog wat basisinformatie wil krijgen om nog beter te kunnen genieten van het festival. Voor wie wat dieper wil ingaan op een bepaald merk of op het productieproces, zijn er MASTERCLASSES.  Whisky’s kopen kan in de WHISKYSHOP en er is zelfs een FESTIVALBOTTELING, speciaal voor het festival gebotteld: dit jaar is dit een BENROMACH.
Alles kan (en dit is aan te raden) tot en met 5 februari geboekt worden via de website www.whiskyfestival.be

Praktisch: zaterdag 11 en zondag 12 februari 2012. Telkens van 12.00 tot 18.00 uur.
Plaats: ICCGhent, Citadelpark 9000 Gent. Op 5 minuten van station Gent Sint-Pieters, dus gemakkelijk te bereiken met het openbaar vervoer. Toegang: 30 euro per persoon (via de website - tot en met 5 februari), 35 euro aan de ingang (Toegang enkel vanaf 18 jaar). Link: www.whiskyfestival.be

Normale dienstverlening bij 80% van de zorgvoorzieningen

Vandaag verklaarden een aantal vakbondsafgevaardigden in de media dat verscheidene ziekenhuizen en andere zorgvoorzieningen preventief op zondagsdienst zouden zijn overgeschakeld voor de nationale staking vandaag. Nieuwsgierig naar de ervaringen op het terrein hield Zorgnet Vlaanderen een kleine enquête bij zijn leden. In totaal groepeert Zorgnet Vlaanderen meer dan 500 zorgvoorzieningen: ruim 260 woonzorgcentra, meer dan 40 algemene ziekenhuizen, een 30-tal psychiatrische ziekenhuizen, 44 initiatieven beschut wonen en 30 centra voor geestelijke gezondheidszorg (CGG). Op enkele uren tijd ontvingen wij 94 antwoorden. Het gaat dus om een eerder beperkt staal van onze leden en de resultaten hebben dan ook slechts een indicatieve waarde.

In 80% van de voorzieningen die geantwoord hebben, verloopt de dienstverlening normaal en hoefde de zondagsdienst niet ingeroepen te worden. 17% van de voorzieningen schakelde op minder dan 10% van de zorgafdelingen over op minimale dienstverlening. In amper 3% van de zorgvoorzieningen moest het zondagsregime ingevoerd worden op meer dan 10% van de zorgafdelingen. In concreto betekent dit de zondagsdienst op meer dan 10% van de afdelingen in één algemeen ziekenhuis en één woonzorgcentrum in West-Vlaanderen, en in een psychiatrisch centrum in Oost-Vlaanderen.

Deze steekproef toont aan dat de staking geen al te grote impact heeft op de dienstverlening in de zorgsector. Zorgnet Vlaanderen dankt alle medewerkers dat zij de patiënten en bewoners niet in de kou hebben laten staan. Link: www.zorgnetvlaanderen.be

Gent scoort hoog op creativiteit

De Stad Gent liet twee studies uitvoeren: een meting van de creatieve hartslag van Gent door de internationaal befaamde stedenconsulent Charles Landry (de ‘Creative City Index’) en een studie rond creatieve economie in de stad. Gent behaalt 64,41% op de Creative City Index, de hoogste score van alle tot dusver geanalyseerde steden, waaronder Bilbao (Spanje), Freiburg (Duitsland) en Oulu (Finland). Landry noemt Gent ‘a pocket sized metropolis’: een zeldzame combinatie van de intimiteit van een kleine stad en de openheid van een metropool. De resultaten van de tweede studie bevestigen de creativiteit binnen Gent: de Gentse creatieve industrie blijkt diverse, bloeiende subsectoren te huisvesten. In totaal telt Gent namelijk meer dan vijfhonderd creatieve en innovatieve bedrijven die samen meer dan zesduizend mensen tewerkstellen. Hoe dan ook, Gent moet nog meer inzetten op cross-sectoraal samenwerken en promotie. De resultaten van beide studies zijn een interessante voedingsbodem voor nieuwe acties en bevatten ook een reeks aanbevelingen voor de volgende legislatuur.

Creative City Index methodologie

In haar stadsmissie formuleert de Stad Gent de ambitie om tegen 2020 een ‘scheppende stad’ te zijn, ‘die door een doorgedreven bundeling van alle creatieve krachten een voortrekker wil zijn in de ontwikkeling van een duurzame, solidaire en open samenleving.’ Hoe goed is Gent al op weg om zo een scheppende stad te worden? Wat zijn zijn sterke punten en waar kan het (nog) beter? Wat denken insiders én outsiders over Gent? Hoe verhoudt Gent zich als creatieve stad tegenover vergelijkbare steden in Europa en de wereld? De Creative City Index is ontwikkeld door Charles Landry (°1948, www.charleslandry.com ), een expert in creativiteit en stedelijke ontwikkeling. Die index meet de creatieve hartslag van een stad in de meest ruime zin, gezien door de ogen van de ‘insider’ (bewoner, werknemer of –gever, student) en de ‘outsider’. De inwoner van een stad leeft en werkt in zijn stad, maar kan er ook te nauw bij betrokken zijn. De toeschouwer kent minder details, kijkt met een frisse blik en kan vergelijken met andere steden. De methodologie achter de Creative City Index omvat een zelf in te vullen vragenlijst, individuele interviews (tachtig in het geval van Gent), focusgroepen, presentaties en bezoeken aan (stadsvernieuwings)projecten.

Die creatieve screening omvat tien grote beleidsdomeinen. Naast elk thema staat de gemiddelde ‘insider’ of interne score (IS = 420 bevraagde Gentenaars) en de ‘outsider’ of externe score (ES = rating door Charles Landry en zijn assistent Jonathan Hyams).

1. Politiek en publiek kader: IS: 60,73% en ES: 70%
Een creatieve plek of stad heeft een politiek en publiek kader dat vastberadenheid en ethiek combineert met een verlangen om dingen gedaan te krijgen.

2. Karakter, diversiteit, vitaliteit: IS: 73,73% en ES: 65%
Een creatieve plek heeft een duidelijke identiteit die voortvloeit uit de dynamiek van zijn cultuur.

3. Openheid, tolerantie, toegankelijkheid: IS: 56,89% en ES: 60%
Een creatieve plek is open van geest en gastvrij. Het resultaat daarvan is dat heel wat mensen van diverse achtergronden er hun thuis van maken.

4. Ondernemerschap, onderzoek en innovatie: IS: 56,25% en ES: 61%
Een creatieve plek is er een waar ondernemers zich thuis voelen en waren ze erkend worden. Het is een plek waar een idee snel realiteit kan worden.

5. Strategisch leiderschap, buigzaamheid en visie: IS: 58,86% en ES: 71%
Een creatieve plek heeft veel leiders en veel niveaus van leiderschap. In elke sector zijn er dynamische en vooruitziende mensen die zorgen voor een sterke visievorming voor de plek

6. Talent en leren: IS: 66,59% en ES: 63%
Een creatieve plek schat leren en kennis naar waarde. Alle talenten worden gevoed, ondersteund, gepromoot, beloond en gevierd.

7. Communicatie, connectiviteit en netwerken: IS: 65,16% en ES: 61%
Een creatieve plek is 'connected', zowel intern als extern, zowel fysiek als virtueel.

8. Ruimte en inrichting van de ruimte: IS: 65,44% en ES: 76%
Een creatieve plek is net als andere plekken samengesteld uit harde en zachte elementen. Hier versmelten echter beide soorten elementen met elkaar en maakt de ene de andere sterker.

9. Leefbaarheid en welbevinden: IS: 70,92% en ES: 77%
Een creatieve plek biedt een uitzonderlijke levenskwaliteit. Mensen zijn over het algemeen gelukkig om er te leven en/of te werken

10. Professionalisme en effectiviteit: IS: 69,54% en ES: 65%
De creatieve plek functioneert vlot, dingen gebeuren en worden bereikt.

Gent is goed op weg om een scheppende stad te zijn

De conclusies van de creatieve screening zijn overwegend positief. Meer nog, Gent behaalt een algemene score van 64,41%, de hoogste score van alle steden die tot dusver werden geanalyseerd. De Creative City Index werd al toegepast in andere Europese steden, waaronder Bilbao (Spanje), Freiburg (Duitsland), Eindhoven (Nederland) en Oulu (Finland) en steden zoals Canberra en Perth (Australië). Op de beleidsdomeinen leefbaarheid, diversiteit en professionalisme scoort Gent (zichzelf) hoog. De uitdaging ligt evenwel in datzelfde kamp: Gent is een leefbare stad maar zit op een kritiek punt, een overgangsfase waarbij de enorme groei moet worden omgebogen naar iets constructiefs. Gent heeft niet de fysieke ruimte om te blijven groeien en de grond wordt alsmaar duurder. Hoe blijft het betaalbaar en creëert Gent toch nieuwe ‘ruimte’ voor creatieve ontwikkelingen?

De stadsvernieuwingsprojecten zijn in die zin een zegen. Daar kunnen mensen uit verschillende sectoren samenwerken: ruimtelijke planning, sociaal beleid, de culturele sector, technologie, het bedrijfsleven, de studenten én de overheid. Hoe gaat Gent om met dat nieuwe, horizontale werken? Hoe verandert de stadsorganisatie zélf van mentaliteit en gedrag? Gent moet verder evolueren van een industriële naar een kenniseconomie, van een ‘top-down’ beleid naar een ‘co-creatie’ businessmodel.

Landry geeft een aantal specifieke aanbevelingen mee, gaande van het meer inzetten van de kennis van bestaande bedrijven en universiteiten, over het verbinden van wetenschap en cultuur en het ondersteunen van creatieve ecologie (in stadsvernieuwingsprojecten), tot Gentse ‘conversation managers’ inschakelen om ‘Gent: zoveel stad’ internationaal op de kaart te zetten (‘Ghent, what a city!’). Gent moet één van de leiders worden van de ‘4th clean, lean, green industrial revolution’ (de 4de open, doelgerichte, groene industriële revolutie).

Studie Creatieve Economie
De Stad Gent is op Vlaams niveau een centrum voor creatieve economie.
Met de aanwezigheid van de universiteit en hogescholen in Gent, het culturele erfgoed en verschillende spraakmakende evenementen en festivals, weet men dat Gent goed in de markt ligt bij innovatieve en creatieve bedrijven. Tot nu toe ontbrak het Gent echter nog aan een duidelijk en eenvormig beeld over de samenstelling van zijn creatieve economie. Met deze onderzoeksopdracht wil de Stad Gent klaarheid schenken en een duidelijk zicht krijgen op de kracht en de positie van het aanwezige creatieve talent. Daarnaast wil de Stad Gent de specifieke noden van de sector kennen zodat de Stad Gent haar dienstverlening daarop kan afstemmen. Op die manier hoopt de Stad Gent dat de Gentse creatieve economie zich nog beter kan ontwikkelen.

Resultaten:
Creatieve spelers in Gent
De creatieve economie bestaat uit zes domeinen: ‘nieuwe media’, ‘audiovisuele kunst’, ‘cultuurgebonden activiteiten’, ‘publicatie en prints’, ‘creatieve diensten’ en ‘design, mode en diamant’. Op Vlaams niveau is Gent een biotoop voor creativiteit. In vergelijking met de andere Vlaamse centrumsteden is de sector zowel qua aantal bedrijven als qua werkgelegenheid sterk vertegenwoordigd. Zo zorgen Gent en Antwerpen samen voor bijna de helft van de welvaartscreatie binnen de creatieve economie. Gent telt meer dan vijfhonderd creatieve bedrijven die samen meer dan 6.000 mensen tewerkstellen. Daarnaast oefenen ongeveer 18% van de Gentse zelfstandigen ook een creatief beroep uit.


De creatieve sector is in Gent vrij divers. Wel is er op het vlak van werkgelegenheid een concentratie in de deelsector ‘nieuwe media’ met bedrijven als Netlog en TomTom en de deelsector ‘cultuurgebonden activiteiten’ met cultuurhuizen zoals Kunstencentrum Vooruit, NTGent maar ook Capitole. Samen zijn ze goed voor 65% van de creatieve tewerkstelling.

Verder valt een grote diversiteit van kleinschalige bedrijvigheid op. Weinig creatieve bedrijven hebben meer dan twintig werknemers in dienst. De Gentse creatieve industrie bestaat dus uit vele zelfstandigen en kleine organisaties. Bedrijven zoals In the Pocket en Netlash bewijzen echter dat Gent een goede voedingsbasis heeft om als kleine organisatie nationaal en internationaal uit te groeien tot een gerenommeerd bedrijf.

Sterktes en zwaktes voor de creatieve economie in Gent
Vanuit gesprekken met verschillende actoren uit de diverse deelgebieden van de creatieve economie kwam naar boven dat de aanwezigheid van de Universiteit Gent en de diverse hogescholen een echte motor van kennis en creativiteit zijn voor de stad. De 67.000 jonge, vaak creatieve studenten vormen een grote groep potentieel talent dat talrijke bedrijven aantrekt.

Daarnaast scoort de Stad Gent goed met haar beleid om allerlei culturele activiteiten en evenementen te ondersteunen. Sowieso is Gent met zijn vele cafeetjes en restaurants een aangename stad om in te wonen en te werken. Het stijgende belang dat gehecht wordt aan de ‘quality of life’ speelt dus zeker in het voordeel van Gent.

Het valt echter op dat er relatief weinig linken zijn tussen de creatieve industrieën onderling én met de andere economische sectoren. Daarnaast ontbreekt het momenteel nog aan voldoende kwaliteitsvolle en betaalbare bedrijfsruimte voor de creatieve bedrijfjes.


Betaalbare ruimte, promotie en netwerken
Het onderzoek toont aan dat Gent over heel wat troeven beschikt en voldoende potentieel heeft als toplocatie voor de creatieve industrieën. Toch kan Gent niet op zijn lauweren rusten. Als het een voortrekkersrol wil blijven spelen in Vlaanderen en zijn positie ook internationaal wil verstevigen, zal de Stad Gent extra moeten inzetten op het beschikbaar stellen van geschikte en betaalbare ruimte voor jonge, creatieve bedrijven.

Vanuit de gesprekken met verschillende actoren uit de creatieve sector kwam de vraag naar boven voor meer promotie. Daarnaast streeft men naar een ontmoetingsplaats waar creatieve ondernemers elkaar kunnen leren kennen. Een andere concrete vraag vanuit de sector is het invoeren van lespakketten rond ondernemerschap binnen de creatieve opleidingen. Op die manier worden jonge mensen warm gemaakt om een bedrijf op te richten en hebben ze de nodige kennis van bij de opstart.

Voeding voor nieuwe acties voor de nieuwe legislatuur
Binnenkort worden de resultaten van de studie rond creatieve economie voorgelegd aan de Gentse creatieve ondernemers. Samen met hen zal bekeken worden welke acties op korte of langere termijn uitgewerkt moeten worden opdat Gent zijn creatieve economische positie verder kan uitbouwen en verstevigen.

De resultaten van deze studie en die van de Creative City Index bevraging zullen voorgelegd worden aan het Gentse stadsbestuur ter inspiratie van het meerjarenplan in de nieuwe legislatuur. De resultatennota ‘Creative City Index Gent’ is integraal te vinden op de website www.gent.be>bestuur>Gent 2020>Creative Cities Index en de Studie Creatieve Economie op de website www.gent.be.

zondag 29 januari 2012

Mania Van der Cam en Ronald Everaert versterken lijst Open Vld Gent

Open Vld bestuurt al meer dan dertig jaar mee in Gent. De partij heeft ontegensprekelijk een sterke stempel gedrukt op het gevoerde beleid waardoor Gent is kunnen uitgroeien tot een aantrekkelijke en dynamische stad met internationale uitstraling. Eerder werd bekend gemaakt dat Eerste schepen en schepen van Economie, Jeugd en Middenstand de lijst gaat trekken voor de gemeenteraadsverkiezingen en OCMW-voorzitter Geert Versnick de lijst voor de provincieraadsverkiezingen. Mick Daman, voorzitter van Open Vld Gent maakte vandaag samen met lijsttrekker Mathias De Clercq twee nieuwe namen bekend van kandidaten die de Gentse Open Vld-lijst zullen versterken. Het gaat om twee maatschappelijk geëngageerde personaliteiten, met een groot hart voor Gent en een grote verbondenheid met de stad.

Mania Van der Cam is huidig directeur van de Gentse school KTA Mobi, school voor mobiliteit en beweging. Ze is alom gerespecteerd binnen het onderwijsveld en lid van diverse onderwijsplatforms. Ronald Everaert was jarenlang topmanager bij diverse nationale en internationale bedrijven, was van 2000 tot 2006 voorzitter van de Kamer van Koophandel Oost-Vlaanderen en is momenteel ere-voorzitter en bestuurder bij VOKA Oost-Vlaanderen en voorzitter van de internationale jaarbeurs Gent.

Beiden kozen bewust om op te komen voor Open Vld Gent. Open Vld Gent staat immers voor een emancipatorische en brede liberale volkspartij. Een partij die gelooft dat elkeen gelijke kansen moet krijgen, een partij die mensen stimuleert om deze kansen ook te nemen. Een partij die meer dan 30 jaar deel uitmaakt van het Gentse bestuur. “We zijn bijzonder verheugd dat Mania en Ronald de Gentse Open Vld lijst versterken”, aldus lijsttrekker Mathias De Clercq. “Met hun uitgebreide expertise en ervaring betekenen ze een enorme meerwaarde voor de Gentse politiek. Samen met hen en alle andere kandidaten staan we garant voor een positief, verenigend, toekomstgericht project voor Gent. ”

Vogelkooi met azalea’s in Sint-Pietersstation Gent

Kooi_met_azaleasOp zondagnamiddag 29 januari zal de Vereniging van Vlaamse Azaleatelers een reuzenvogelkooi met daarin een weelderige compositie met Gentse azalea’s plaatsen. Dit is een van de acties die de azaleavereniging op het getouw zet om haar 100 jarig bestaan te vieren. De Gentse azalea’s zijn te bewonderen tot 12 februari. De Vereniging van Vlaamse Azaleatelers werd opgericht in 1912 en viert dit jaar haar honderdjarig bestaan. Om dit te vieren zal de vereniging op verschillende momenten van het jaar uitpakken met opvallende azaleacreaties.

Op 29 januari stellen de azaleatelers een reuzenvogelkooi op in het station van Gent Sint-Pieters, dat dit jaar ook 100 kaarsjes uitblaast. Honderden azaleabloemetjes fleuren de kooi op. Bij de kooi zal een bord geplaatst worden dat de honderdjarige verjaardag van de Vereniging van Vlaamse azaleatelers vermeldt. De voorbijgangers zullen ook het volgende kunnen lezen: 60% van de kamerazalea’s behoren tot de Vogelgroep (Helmut Vogel is een veredelaar van azalea’s). De 282 Vogels in deze kooi fluiten jammer genoeg niet. De Gentse azalea’s zijn te bewonderen tot 12 februari.

Wendy is Prinses Karnaval Ledeberg 2012

In de polyvalente zaal van het Gentbrugse dienstencentrum (door de aanslepende renovatie van de vertrouwde zaal op Ledeberg) is Wendy Pattyn, kandidaat van karnavalgroep ‘t Zieverstoatse , zaterdagavond 28 januari gekroond tot Prinses Karnaval Ledeberg 2012.

Wendy is een 27-jarige bediende die al van jongs af aan, via haar vader Jos Pattyn (één van de boegbeelden van het Ledebergse karnaval), bij het Ledebergse narrengebeuren betrokken is. Op 4-jarige leeftijd trok ze reeds mee met karnavalgroep ’t Zieverstroatse doorheen de straten van de meest feestende deelgemeente van Gent.

Haar motto luidt “Nie achteruit, moar veuruit !”. Ze verwijst hiermee naar het motto van Karnaval Ledeberg 2012 “Veuruit ! Achteruit !”. Wendy wil met haar kandidatuur de Ledebergse karnavalisten vooral aanzetten om samen verder te vieren en de spirit niet te laten verloren gaan. De zaal was goed gevuld met enthousiaste karnavalisten die de kandidate om ter luidst aanmoedigden.

De prinses diende voor de presentatieproef en de showproef minimum 60% van de punten van een uitgebreide deskundige jury te krijgen. Ze slaagde daar ruim in en behaalde 86% van de punten. Ook bij de kennisproef en de behendigheidsproeven bewees ze uit het goede hout gesneden te zijn.

Prinses Wendy zal de komende weken Karnaval Ledeberg vertegenwoordigen op tal van karnavaleske feesten en zal natuurlijk het voortouw nemen op de 27ste Ledebergse karnavalstoet op zaterdag 3 maart e.k.

zaterdag 28 januari 2012

Gentse Korenmarkt krijgt twee Kobra zuilen

Bij de heraanleg van de Korenmarkt werd in de realisatie van twee kunstwerken voorzien. Het gaat over het oprichten van twee zuilvormige constructies. Momenteel worden de sokkels van beide kunstwerken gebruikt als zitbank, maar daar komt verandering in. Het college van burgemeester en schepenen heeft ermee ingestemd om de onderhandelingen op te starten met twee kunstenaars, Didier Vermeiren en Rebecca Warren. Beide zuilen zullen een maximale hoogte hebben van 24 meter en een diameter van 2,50 meter. Het college van burgemeester en schepenen ging ermee akkoord om te beginnen met de uitvoering van het ontwerp van beeldhouwer Didier Vermeiren, die als eerste geselecteerd werd. Zijn kunstwerk zal geplaatst worden aan de kant van de Donkersteeg.

Didier Vermeiren (°1951) werd bekend door zijn werk dat de status van en de relatie tussen de sokkel en het beeld bestudeert. In vroeger werk ging zijn aandacht naar sokkels van beroemde beeldhouwwerken. Nooit voorheen was de sokkel als deel van het beeldhouwwerk op die expliciete en originele manier benaderd. Daardoor is hij een logische keuze voor het ontwerpen van een monumentale zuil.

Rebecca Warren (°1965) is een gereputeerde Britse beeldhouwster. Zij combineert een wijde keuze van inspiratiebronnen met een sterk vormbewustzijn. Haar werk wordt vooral gekenmerkt door een fascinatie voor de vrouwelijke vorm, wat haar de aangewezen ontwerpster maakt voor de ‘vrouwelijke’ zuil.

Voor dit artistieke project op de Korenmarkt was reeds 100.000 euro vastgelegd voor de eerste fase van het voorontwerp en voor de stabiliteitsstudie, die voor deze monumentale constructies noodzakelijk is. In de begroting 2012 werd 250.000 euro ingeschreven voor de realisatie van het eerste ontwerp van de hand van Didier Vermeiren. Link Kobra: http://www.gent.be/eCache/WBS/1/45/895.html

vrijdag 27 januari 2012

Voka voert actie aan vakbondskantoren

Werkgeversorganisatie Voka voerde vrijdagmorgen actie aan de hoofdkantoren van ABVV, ACV en ACLVB in Brussel, Hasselt, Brugge, Kortrijk, Gent en Vilvoorde. Voka Oost-Vlaanderen voerde actie op de Gentse Vrijdagsmarkt met de slogan “Wij willen werken” aan kantoren van ABVV. Bezoekers van de wekelijkse markt kregen een flyer aangeboden waarin uitgelegd wordt waarom Voka de aangekondigde staking van 30 januari een slecht signaal vindt. Enkele tientallen mensen namen de flyer in ontvangst; vrijwel iedereen beaamde spontaan het Vokastandpunt. Aan het eind van de ‘positieve’ betoging, ontstond een fikse woordenwisseling met enkele militanten van ABVV-metaal. Iedereen ging rustig uiteen.

Dit is de boodschap die ook in vele Vlaamse ondernemingen werd verspreid: Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, roept de medewerkers van alle Vlaamse ondernemingen op om maandag aan de slag te blijven. De vooruitzichten voor de economie zijn onzeker. En de regeringen moeten maatregelen nemen en hervormingen doorvoeren om onze welvaart te verzekeren voor de toekomst. Onze buurlanden hebben dat al veel eerder gedaan. Daarom willen Voka en de Vlaamse ondernemingen zich inzetten om zoveel mogelijk mensen aan het werk te houden, om te blijven investeren in dit land en om nieuwe ondernemingen en nieuwe jobs alle kansen te geven. Voka vraagt ons daaraan mee te werken en dus maandag aan de slag te blijven. Geert Moerman, gedelegeerd bestuurder: “Een staking brengt de oplossing niet dichterbij: nog nooit heeft een staking werk gebracht. En dus kiezen wij voor de enige échte oplossing. Wij willen werken”!

donderdag 26 januari 2012

Europese low cost satelliet onderzoekt lagere gedeelten van de dampkring

Het QB50 project, gefinancierd door de Europese Commissie, omvat het ontwerp en de lancering in de ruimte van een netwerk van 50 kleine satellieten om de lager gelegen thermosfeer en ionosfeer te bestuderen. Het project is gestart op 15 januari 2012 onder het FP7 kaderprogramma van de EU. Het wordt uitgevoerd door een international consortium onder de leiding van het von Karman Instituut gelegen in Sint-Genesius-Rode bij Brussel. 50 CubeSats zullen vanuit Moermansk, gelegen in het noordelijk deel van Rusland, met één raket gelanceerd worden in een cirkelvormige baan op 320 km hoogte met een inclinatie van 79°. Wegens de atmosferische weerstand zullen deze kleine satellieten geleidelijk de aarde naderen om uiteindelijk na ongeveer 4 tot 6 maanden op een hoogte van ongeveer 70 km te verbranden in de dampkring. Dit soort projecten die gebruik maken van een netwerk van satellieten voor in situ tijdsafhankelijke metingen van de thermosfeer zijn alleen uitvoerbaar op een betaalbare manier met behulp van kleine en goedkope CubeSats, mede wegens de korte levensduur van de satellieten. Aan dit project nemen meerdere universiteiten uit 30 Europese landen deel, evenals universiteiten uit Argentinië, Australië, Brazilië, Canada, Chili, China, Egypte, Israël, Japan, Peru, Rusland, Zuid-Afrika, Zuid-Korea, Taiwan, Thailand, Turkije, Oekraïne, de V.S. en Vietnam. Voor veel van deze landen zal dit hun eerste eigen satelliet in een baan om de aarde zijn, en dus een zaak van nationaal prestige.

Het von Karman instituut voor Stromingsdynamica (VKI) is de initiatiefnemer en de hoofdverantwoordelijke voor dit internationale project. QB50 brengt meer dan 500 onderzoekers samen afkomstig uit 50 landen. Jean Muylaert, directeur van het VKI en verantwoordelijke voor het project, merkt op dat het de eerste keer is dat één ruimtemissie volledig aan CubeSats gewijd wordt. Deze missie zal niet alleen topbijdragen leveren in atmosferische wetenschappen, maar ook innovatieve “in orbit qualificatie” methoden uittesten voor toekomstige subsystemen. Eind januari - begin februari 2012, vinden twee belangrijke conferenties i.v.m. CubeSats plaats in Brussel. Deze worden beide georganiseerd door het von Karman Instituut voor Stromingsdynamica. Vanaf 30 januari tot 1 februari 2012: 4th European CubeSat Symposium, op de Koninklijke Militaire School - Renaissancelaan 30 - 1000 Brussel (ongeveer 250 deelnemers). Op 2 februari: 3rd QB50 workshop op het von Karman Instituut in Sint-Genesius-Rode (130 deelnemers, op uitnodiging)

Nuttige websites:
www.QB50.eu
www.cubesatsymposium.eu

woensdag 25 januari 2012

UGent brengt drukte op Lichtfestival in kaart

Van 26 tot en met 29 januari 2012 vindt de tweede editie van het Lichtfestival plaats in de binnenstad van Gent. De UGent is partner van het festival en stelt de Aula en de tuin van de Emile Braunschool open voor dit feestelijk evenement. Tijdens het festival zullen wetenschappers van de vakgroep Geografie van de UGent de drukte en het verplaatsingsgedrag van de festivalgangers onderzoeken. Bezoekers die dat willen, kunnen hun route daaraan aanpassen. Wetenschappers van de vakgroep Geografie voeren onderzoek naar het verplaatsingsgedrag van mensen op grote manifestaties. Eerder deden zij al metingen op onder andere Rock Werchter en tijdens de Gentse Feesten.

Het onderzoek bestaan erin dat Bluetooth apparaten (gsm's, pda's, laptops, …) passief getracked (gevolgd) worden door middel van over de site verspreide Bluetooth scanners. Zo vormen de onderzoekers zich een beeld van de stromen en het verplaatsingsgedrag van bezoekers aan het Lichtfestival. Zo wordt bijvoorbeeld gemeten hoe lang bezoekers binnen blijven in de St-Baafskathedraal en welke route ze volgen tijdens het festival. Festivalbezoekers die dat willen kunnen onmiddellijk voordeel halen uit het onderzoek. In de St-Niklaaskerk wordt bij het infopunt op een groot scherm met kleurcodes in real time weergegeven hoe druk het is op de verschillende locaties en wat de wachttijd is aan de Aula. Zo kunnen bezoekers hun route aanpassen om de grootste drukte te vermijden.

In de Aula van de UGent (Voldersstraat 9) zijn de kunstenaars van Mr.Beam aan het werk. Mr.Beam is een Nederlands animatieteam dat bekendstaat voor haar projectieshows die gedetailleerd gebruik maken van de bestaande architectuur. Zo wordt een ruimtelijke ervaring gecreëerd voor de bezoeker, waarbij de combinatie van beeld en geluid een zeer grote rol speelt. Dit wordt een indrukwekkend samenspel van klank en licht in de imposante inkom van de Aula van de Universiteit Gent.

In de tuin van de Emile Braunschool (Voldersstraat) wordt een kunstwerk van Stephen Verstraete (Sint-Lucas) geïnstalleerd. Bliksemschichten zonder onweer. Het werk maakt gebruik van het natuurkundig fenomeen. Hierbij wordt tussen twee elektroden onder hoogspanning een boog getrokken van elektriciteit (vonk, bliksem) die naarmate de elektroden opwarmen, stijgt en duidelijker zichtbaar wordt en vervolgens opgaat in de lucht. Hierna start het proces opnieuw. De wisseling in frequenties zorgt voor een magnifiek schouwspel van in de lucht opgaande bliksemschichten.

Voka Oost-Vlaanderen geeft ondernemerswereld hotspot in hartje Gent

Gebouw Voka 2Voka Oost-Vlaanderen (ver)bouwt in het hart van de provinciehoofdstad. De nieuwe vestiging op een absolute topligging zal voldoende ruimte bieden voor de 50 Voka medewerkers én voor de leden ondernemingen. De nieuwe Voka hoofdzetel ligt in het wetenschappelijk, politiek en cultureel hart van Gent en Oost-Vlaanderen. Wetenschappelijk, want het rectoraat met het schitterende UFO-gebouw en vele belangrijke faculteiten zijn vlakbij. Cultureel is kunstencentrum Vooruit de linkerbuur, de Capitole de overbuur aan het Zuid en de nieuwe multimediabibliotheek aan de Waalse Krook wordt de rechterbuur. Politiek zullen zowel de stad als de provincie vele diensten (terug)brengen naar het Zuid - na de grondige renovatie van een aantal gebouwen. Het Zuid en de Waalse Krook zullen op een paar jaar tijd een volledige transformatie ondergaan en een grondig vernieuwde stadswijk worden in het Gent van de 21ste eeuw. Voor de bezoekers is er parking vlakbij. Stad Gent heeft immers geopteerd om ondergrondse parkings te bouwen die dicht in het hart van de stad liggen, waardoor men maximaal 500 meter moet wandelen alvorens een parking te bereiken.

Het gebouw telt 7 verdiepingen, waarvan er 5 onmiddellijk zichtbaar zijn langs de Lammerstraat. Er is evenwel nog een volledige verdieping aan de oevers van de Schelde, onder het niveau van de brug aan de Lammerstraat. Bovenop het dak komt een klein maar ‘schoon’ verdiep: een glazen huis met terras, van waaruit je uitkijkt over Gent. Elke verdieping, behalve de bovenste, heeft een oppervlakte van ongeveer 300 m² wat de totale nuttige ruimte op 2.000 m² brengt. Twee benedenverdiepingen aan de Schelde en de Lammerstraat, worden volledig ter beschikking gesteld van de leden ondernemingen. Er worden plug-in plaatsen voorzien, waar mensen enkele uren kunnen werken tussen twee vergaderingen of verplaatsingen door. Er komen vergaderzalen en state of the art communicatietoepassingen, zoals video-conferencing. Zo zullen Voka-leden in en vanuit het gebouw kunnen werken in een geglobaliseerde wereld met sterke lokale verankering. Op de eerste en tweede verdieping worden kantoren ingericht voor de Voka medewerkers. Voka opteert voor een vooruitstrevend werkconcept, waar geen afzonderlijke burelen of vaste werkplaatsen zijn. Bedoeling is dat medewerkers zich installeren voor het type werk dat ze die dag willen doen: samenwerken in een team, geconcentreerd werken aan een dossier, frequent telefoneren… De werkplekken worden afgestemd op de aard van het werk. Dit gebeurt in een attractieve en architecturaal boeiende omgeving, binnen en buiten het gebouw.

Voka Oost-Vlaanderen wil een voorbeeld zijn op het gebied van innovatieve arbeidsorganisatie. Op de verdiepingen 3 en 4 wil Voka organisaties aantrekken ‘die ondernemingen vooruit helpen’: sectorfederaties, bilaterale organisaties met andere landen, gemengde Kamers van Koophandel… Tegelijk worden de mogelijkheden bekeken van co-working. Zo wordt de nieuwe Voka-stek een soort bedrijvencentrum waar wellicht vooral jonge en creatieve bedrijven in open space hun thuishaven hebben. De topverdieping wordt het glazen huis of het ‘schoon verdiep’ waar gasten worden ontvangen. Deze unieke plek met een schitterend zicht op de Gentse binnenstad zet vast aan tot inspirerende sessies en het ontwikkelen van toekomstvisies!

Voor het ontwerp van het nieuwe hoofdkwartier haalde Voka Oost-Vlaanderen het studie- en architectenbureau Mebumar/MV² in. Voor de bijna integraal in glas opgetrokken gevel komt een opvallende ‘webconstructie’ die verwijst naar Voka als netwerk van 3.000 ondernemingen in Oost-Vlaanderen. Vanuit de drukke Lammerstraat en het Zuid kan je doorheen het gebouw kijken, de wisselwerking binnen-buiten is exceptioneel. Binnenin wordt een werkomgeving gecreërd die mensen inspireert, waar ze prima kunnen werken en nog beter samen kunnen werken. Waar ze zich thuis voelen in een professionele omgeving. We werken hiervoor met de jonge binnenhuisarchitect Wouter Vens. Wouter heeft deze opdracht gekregen, omdat zijn concept attractief, helder en consistent was.

Momenteel loopt de afbraak van het voormalige appartementsgebouw door de firma Aclagro teneinde. Opmerkelijk is de volledige cradle-to-cradle aanpak van de afbraakwerken. Voka ondersteunt actief haar leden in een milieu- en energievriendelijke bedrijfsvoering en voegt door de keuze van de partner op die manier zelf de daad bij het woord . De ruwbouwwerken door aannemer Dero Contstruct uit Zele beginnen in februari en dienen eind mei afgewerkt te zijn. De verhuis van de Voka-diensten is voorzien voor november; de officiële openingshappening op een bijzondere 12 december 2012…

dinsdag 24 januari 2012

Gentenaar wint Nationale Gedichtenwedstrijd

Deze avond ontving de Vlaming David Troch uit de Gentse deelgemeente Sint-Denijs-Westrem in een afgeladen Amsterdamse Stadsschouwburg 10.000 euro omdat zijn gedicht is uitgeroepen tot het beste gedicht van 2012. Voor deze editie mochten voor het eerst ook de Vlamingen inzenden. En met succes, want niet alleen de winnaar is een Vlaming, er eindigde ook een Vlaamse dichter op de derde plaats. Het succes van de Vlamingen in de hoogste regionen van de wedstrijd is opmerkelijk, daar van de 2.227 dichters die meededen aan deze editie, slechts 314 uit Belgie kwamen. 15 Vlaamse gedichten eindigden in de Top 100. Voor de derde editie van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd werden dit jaar in totaal 10.131 gedichten ingezonden, iets meer dan vorig jaar. De Turing Nationale Gedichtenwedstrijd is de poëzieprijs met de grootste geldprijs ter wereld voor één gedicht en de enige wedstrijd waar alle gedichten anoniem worden beoordeeld. Het winnende gedicht van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd trekt de lezer in al zijn beelden, zijn taal en de opgeroepen sfeer diep de zompige Hollandse klei in. Het lijkt doordesemd van een streng-calvinistisch determinisme en van boerse aardsheid. Knielen op een bed violen. Des te verrassender is het voor de jury, nu blijkt dat met dit gedicht een Vlaming wordt bekroond: ‘wij waren geen jongens'.", aldus Juryvoorzitter Ramsey Nasr.

Over de winnende gedichten
De eerste prijs van 10.000 euro is gewonnen door David Troch uit Sint-Denijs-Westrem (België) met zijn gedicht Wij waren geen jongens. De tweede prijs van 1.500 euro was voor Kate Schlingemann uit het Friese Hartwerd met haar gedicht Bemoeizorg. Hilde van Cauteren uit Hamme (België) heeft de derde prijs van € 1.000 ontvangen voor haar gedicht Carne Vale.

Van de 2.227 dichters die meededen, kwamen er 314 uit België. In totaal zonden de Vlamingen 1.365 gedichten in. De organisatie is blij met de Vlaamse inzenders, en ziet voor volgend jaar kansen om de wedstrijd ook in Vlaanderen tot een jaarlijks terugkerend ‘dichtfeest' te maken, waaraan evenveel Nederlandse als Vlaamse dichters meedoen. De hoge score van de Vlamingen in deze editie zal mogelijk meer dichters uit België inspireren om volgend jaar ook massaal mee te gaan doen.
De 100 beste gedichten zijn door Uitgeverij Augustus gebundeld in ‘De Toverhazelaar ' (ISBN 978 90 457 0538 5). De 3 winnende gedichten zijn tevens gepubliceerd in het januari/februari nummer van het prestigieuze literaire tijdschrift De Gids.

UGent stelt kamers in homes gratis ter beschikking tijdens staking

De algemene staking van 30 januari 2012 kan vervoersproblemen opleveren voor studenten die op deze dag examen moeten afleggen. De Universiteit Gent helpt haar studenten om zich te organiseren en biedt kamers in vier studentenhomes aan. Inchecken kan op zondag 29 januari tussen 16 en 20 uur, uitchecken tot dinsdag 31 januari om 22 uur. De staking bij het openbaar vervoer zal immers tot maandagavond duren, waardoor de studenten die dag wellicht nog niet naar huis kunnen. De kamers worden gratis aangeboden, lakens en dekens zijn ter beschikking.  Geïnteresseerde studenten kunnen tot vrijdag 27 januari om 10u een aanvraag indienen bij de afdeling Huisvesting van de Universiteit Gent. Enkel UGent-studenten kunnen een kamer aanvragen.

De kamer-actie van de UGent is niet het enige initiatief dat studenten aan vervoer of slaapplaats wil helpen. Rector Paul Van Cauwenberge en vicerector Luc Moens stellen op maandag 30 januari hun auto met chauffeur ter beschikking van de studenten. Ook op de Facebookpagina van studentenvertegenwoordiger Joeri Deryckere kunnen studenten terecht. De actie bracht al heel wat solidariteit met zich mee. Wie zelf nog bedden of carpoolplaatsen in de aanbieding heeft kan er een berichtje achterlaten op http://www.facebook.com/groups/354982964530151/?notif_t=group_r2j

Gent valueert PIEK proefproject

In samenwerking met Colruyt en Delhaize liep er gedurende een aantal maanden in negen steden een proefproject voor stille en duurzame leveringen aan winkels. Er waren zestien supermarktvestigingen bij betrokken. De leveringen gebeurden in de vroege ochtend en in de late avond en daarvoor werd speciaal geluidsarm en duurzaam materiaal ingezet. Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken stelde vandaag de resultaten van het proefproject voor. Er is een verhoging van de verkeersveiligheid, een lager brandstofverbruik en een daling van de uitstoot van schadelijke stoffen. Het proefproject krijgt een vervolg. Alle partners engageerden zich daarvoor ook.

Vlaams minister Hilde Crevits lanceerde in juni 2010, samen met VVSG, Comeos (de federatie voor de handel en diensten), Colruyt en Delhaize een proefproject om de belevering van winkels in stedelijke centra duurzamer te maken. De vermindering van geluid, uitstoot van schadelijke stoffen, files en (dodehoek-) ongevallen vormden de centrale doelstelling. Aan het PIEK-pilootproject werkten negen steden en gemeenten (Antwerpen, Brasschaat, Geel, Gent, Hasselt, Kortrijk, Ninove, Vilvoorde en Leuven) en zestien winkels van de twee distributeurs mee. De Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) en COMEOS speelden een faciliterende rol. De opdrachtgever van het pilootproject was de Vlaamse overheid, die ondersteund werd door het Steunpunt Goederenstromen van de Universiteit Antwerpen en een extern onderzoeksbureau.
In de voorbereidende fase ging er aandacht naar een goede communicatie over het project met de betrokken steden en gemeenten. Ook de buurtbewoners werden geïnformeerd, ondermeer via buurtvergaderingen en informatiefolders. Beide betrokken distributeurs besteedden veel aandacht aan de technische aanpassingen van materieel en infrastructuur, bijvoorbeeld:
•        aanpassing van vrachtwagens: een oplegger met extra bekleding en geluidsdempende vloeren, aanpassing van laadkleppen en achteruitrijsignaal, inzet van een aardgastrekker;
•        aanpassing van laad- en losmaterieel: aanpassingen aan transpaletten, metalen karren;
•        aanpassingen aan de laad- en losplaats zelf: poort, laad- en losbrug,…
Colruyt en Delhaize zorgden voor een bijkomende opleiding van chauffeurs en winkelpersoneel om stille beleveringen mogelijk te maken.

Bedrijfseconomische en maatschappelijke voordelen gaan hand in hand
1.   Voordelen voor de omwonenden en de steden
a.    De inspanningen tijdens het proefproject van PIEK-gerelateerde leveringen werden positief onthaald door de omwonenden van de winkels.
b.    De verkeersveiligheid neemt toe. Zowel bij het aanrijden als het manoeuvreren op de parking is er minder interferentie met zwakke weggebruikers en klanten. Dat heeft een lagere kans op verkeersongelukken tot gevolg.
c.    Er is winst op het milieuvlak. Er is een daling van de CO2 uitstoot. Zelfs met een gewone dieseltruck is de daling van CO2 uitstoot significant: een vermindering van 12,6 kg CO2 per 100 km. Door gebruik te maken van een CNG-trekker kunnen hogere reducties bekomen worden, zelfs in vergelijking met Euro 6-trucks: uitstoot stikstof-oxiden (NOx, waaronder broeikasgas) daalt met 30 %, uitstoot fijnstof (PM10) daalt met 38%. Delhaize zette de aardgastrekker in tijdens het PIEK-pilootproject.
Het PIEK-project was een stap vooruit in de dialoog tussen de betrokken distributeurs en de lokale overheden. In het verleden kreeg dit weinig tot geen aandacht.
Sabine Van Dooren, voorzitster Raad van Bestuur VVSG, Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten vzw: “De toegenomen verwevenheid van functies in de stadskern – wonen, werken, winkelen, dienstverlening, onderwijs, …– versterkt de uitdagingen op het vlak van stedelijke distributie. Zonder deze problematiek te verengen tot de winkelbevoorrading, kunnen we heel wat leren uit het PIEK-pilootproject. Het project toont immers aan dat een slimmere belevering naar, in en vanuit de stad, mogelijk is mits een doorgedreven samenwerking tussen alle betrokken partijen. Stadsbesturen spelen hierbij een centrale rol. Zij kunnen met dergelijke initiatieven beter het evenwicht bewaken tussen de leefbaarheid voor de inwoners en de economische leefbaarheid van de stad.”

2.   Voordelen voor de distributeurs en transporteurs
a.    Het brandstofverbruik daalt. Met een dieseltruck kan tot 13% bespaard worden door te rijden buiten de spits. Leveren met een CNG-trekker kan extra besparingen opleveren tot zelfs 40% in vergelijking met een dieseltruck.
b.    Er werden tijdswinsten geboekt en de leveringen verliepen efficiënter. De cijfers van beide distributeurs zijn gelijkaardig. Voor de 16 sites samen zijn de waarden van de gemiddelde snelheden over het volledige traject van het distributiecentrum naar het winkelpunt als volgt:
•        levering in de dag:                                    50,1 km/u
•        levering in de ochtendrand:                        61,0 km/u
•        levering in de avondrand:                           67,6 km/u
Leveren voor de ochtendspits of na de avondspits impliceert met andere woorden dat er minder manuren nodig zijn voor dezelfde activiteiten. Door een gerealiseerde tijdswinsten waren er ook minder vrachtwagens nodig.
c.    De betrokken chauffeurs ervaren minder stress en staan positief tegenover rijden in de vroege ochtend en de late avond.
”Onze job als chauffeur wordt er door de huidige mobiliteitssituatie niet eenvoudiger op, integendeel. En dit brengt ook de nodige stress met zich mee. Het PIEK-pilootproject opent duidelijk perspectieven voor de toekomst. Het is een win-win situatie voor iedereen. Voor ons creëert het betere en veiligere werkomstandigheden en tegelijkertijd wordt het verkeer ontlast tijdens de ochtend- en avondspits,” getuigt een chauffeur die betrokken was in het pilootproject.
d.    Er zijn organisatorische baten: leveringen buiten de openingsuren van de winkels verlopen efficiënter.
e.    Het bedrijfsimago verbetert. Stillere leveringen kunnen door hun duurzaam karakter een positief effect hebben op het imago van de onderneming die er gebruik van maakt.
f.     Er is een betere spreiding van leveringen. Er zijn minder samenvallende leveringen overdag.
Delhaize en Colruyt zijn het er unaniem over eens: “Dit PIEK-pilootproject is een eerste stap in de goede richting wat betreft de leveringssituatie tijdens de ochtend- en avondspits. We ijveren ervoor om de transportactiviteiten zoveel mogelijk te spreiden om op die manier de impact op de mobiliteit, milieu, leefbaarheid en verkeersveiligheid verder te verlagen. Onze chauffeurs ervaren minder stress en de omwonenden van winkels in het proefproject reageren positief. Iedereen is dus gebaat met een uitbreiding van het PIEK-pilootproject”, aldus nog Mark Verleye, Senior Vice-President Logistics, Procurement and Quality Delhaize enLuc Rogge, directeur-generaal Colruyt, OKay, Bio-Planet.

Vervolgtraject: PIEK 2 gaat breder en dieper
Het PIEK-project heeft aangetoond dat er mogelijkheden zijn in Vlaanderen met betrekking tot stillere en duurzame stedelijke distributie in de dagrand (vroege ochtend en late avond). Ook de Europese Commissie heeft te kennen gegeven dat er sterk moet worden ingezet op stille technologieën in de transport- en logistieke sector.
Naast de maatschappelijke en bedrijfseconomische voordelen kwamen uit het evaluatierapport ook verschillende aanbevelingen, onder meer met betrekking tot het geluid. Tijdens het proefproject kwamen er geen meldingen over geluidsoverlast binnen, toch is dit een aandachtspunt.
Gezien de voordelen op vlak van mobiliteit, verkeersveiligheid en milieu zal op korte termijn een PIEK 2-vervolgproject worden opgestart. De aanbevelingen van het PIEK-project zullen dan ook in het vervolgtraject nader worden bekeken.

Het PIEK 2-vervolgproject vormt een verbreding van het PIEK-pilootproject. Er worden bijkomende bedrijven uit de distributie- en transportsector bij betrokken. Daarnaast komt er eveneens een nieuwe, open oproep om alle steden en gemeenten de kans te geven mee te stappen in PIEK 2. Ter ondersteuning van de lokale overheden wordt een draaiboek voor PIEK-leveringen opgesteld. Daarenboven komt er een typedocument waarin de afspraken worden vastgelegd tussen bedrijven en lokale overheden die aan het PIEK-verhaal willen deelnemen. De verdere concretisering van PIEK 2 gebeurt in overleg met alle partners van PIEK 1.
Vlaams minister Hilde Crevits: “Het PIEK-project toont aan dat het mogelijk is om in de stedelijke centra de verkeersveiligheid te verbeteren, de files terug te dringen, de emissies te verminderen… door de distributie te optimaliseren. Het PIEK-project betekent een stap voorwaarts om onze stedelijke centra duurzamer te maken. We zullen via Flanders Logistics werk maken van een vervolgtraject via het PIEK 2-project. De intentieverklaring die vandaag door Comeos, Transport en Logistiek Vlaanderen, Febetra, VVSG en de Vlaamse overheid wordt ondertekend geeft uitdrukking aan het gezamenlijk engagement om verder werk te maken van stillere leveringen en een duurzame stedelijke distributie in Vlaanderen.”
Meer info op www.flanderslogistics.be/piek

maandag 23 januari 2012

Gentenaar kan terecht in drie Sociale Infopunten met al zijn vragen

Het OCMW Gent en de Stad Gent hebben midden januari 2012 drie Sociale Infopunten geopend. In een Sociaal Infopunt kunnen buurtbewoners terecht met allerlei vragen over sociale hulp- en dienstverlening. De belangrijkste taak van een Sociaal Infopunt is informeren en doorverwijzen. Het gaat om een proefproject voor zes maanden. Bedoeling is dat er op termijn een netwerk van Sociale Infopunten over heel Gent komt. Een samenwerking met externe sociale partners, zoals de Centra voor Algemeen Welzijnswerk (CAW), behoort ook tot de mogelijkheden. De Sociale Infopunten zijn geopend in drie bestaande locaties: het OCMW-welzijnsbureau Gent Noord aan het Edward Anseeleplein 7, het OCMW-lokaal dienstencentrum Wibier aan de Antwerpsesteenweg 768 in Sint-Amandsberg en het Buurtcentrum Brugse Poort-Malem in de Kokerstraat 36.

Deze drie diensten behouden hun eigen werking. Respectievelijk zijn dat sociaal werk, ouderenzorg en buurtwerk. Het Sociaal Infopunt is een extra dienstverlening. Voortaan geven die diensten ook informatie over een aantal belangrijke sociale producten van het OCMW en van de Stad Gent. Dat gaat dan onder meer over financiële hulpverlening, schuldbemiddeling en budgetbeheer, ouderenzorg, energie, wonen, juridische en administratieve hulp, mobiliteit, vrijetijdsbesteding, vrijwilligerswerk en pensioenen. Gentenaars die hierover vragen hebben, zijn bij het Sociaal Infopunt op de juiste plaats. De burger hoeft dus zelf niet meer eerst uit te zoeken bij welke dienst hij moet zijn. Hij kan met zijn vraag gewoon naar het Sociaal Infopunt in zijn buurt stappen.

De bezoeker krijgt in een Sociaal Infopunt correcte en begrijpelijke informatie. Er wordt ook bekeken welke organisatie de bezoeker verder kan helpen. Dat doorverwijzen gebeurt op een hartelijke manier. Het Sociale Infopunt legt zoveel mogelijk het eerste contact met de betrokken dienst en maakt, indien gewenst, al meteen een afspraak. De burger mag zeker niet het gevoel krijgen dat hij van het kastje naar de muur wordt gestuurd en zelf zijn weg moet zoeken in het kluwen van sociale organisaties. Tot slot kan het Sociaal Infopunt een aantal zaken ook rechtstreeks aanvragen. Voorbeelden hiervan zijn het aanvragen van een vlinderoprit of advies over ergotherapie aan huis. Klantgerichtheid staat centraal bij de Sociale Infopunten. De loketwerking wordt meer vanuit de noden en verwachtingen van de burger georganiseerd. Misschien lopen de burgers met vragen rond die niet gekend zijn of weten ze niet waar ze moeten aankloppen met bepaalde vragen. Zowel bij de Stad Gent als bij het OCMW wordt er al een tijd rond klantgerichtheid gewerkt. De Stad Gent wil haar administratieve dienstverlening optimaliseren via het LEO-project, wat staat voor Loket En Onthaal.

zondag 22 januari 2012

Gedichtendag in Gentse bibliotheken

Op donderdag 26 januari 2012 is het opnieuw Gedichtendag. Het thema van dit jaarlijkse evenement is ‘Stroom’. De Gentse bibliotheken maken er voor deze editie een stromende Gedichtendag’week’ van, met een activiteitenprogramma in de hoofdbibliotheek en twee filialen, met een gratis Maeterlinck poëzieposter voor elke poëzieliefhebber en een poëziewedstrijd voor kinderen. De Gentse bibliotheken presenteren dichters Sylvie Marie, Anneke Brassinga en Bart Plouvier tijdens de week van Gedichtendag.

Sylvie Marie werd bekend als ‘huisdichter’ van Humo. Met haar tweede dichtbundel ‘Toen je me ten huwelijk vroeg’ is ze een van de vijf genomineerden voor de Herman de Coninckprijs. Haar gedicht ‘zoek me. tussen de anderen’ dingt mee naar de publieksprijs. Sylvie Marie, die in Gent woont, is een gedreven dichteres die haar poëzie graag laat horen (voor alle leeftijden):
- op maandag 23 januari 2012 (17 - 18.15 uur) in bib Ledeberg
- op woensdag 25 januari 2012 (15 - 16.30 uur) in bib Zwijnaarde
Meer info over de Herman de Coninckprijs op de website www.boek.be/actie/herman-de-coninckprijs-2012.

Op Gedichtendag zelf, donderdag 26 januari 2012, is de Nederlandse dichteres Anneke Brassinga te gast in de Paarse zetel in bib Zuid (12.30 uur - 13.15 uur). En om 14 uur stelt stadsdichter 2009-2011 Peter Verhelst zijn ‘Dromenboek’ voor aan de pers en het publiek in de Achilles Musschezaal.

Op zaterdag 28 januari strijken schrijver-dichter Bart Plouvier en Les Liseuses Fabuleuses neer in hoofdbib Zuid, om leners van alle leeftijden poëtisch te verwennen (14 - 16 uur). Meer info over Les Liseuses Fabuleuses op de website www.lesliseusesfabuleuses.be

Of ervaar poëzie als nooit tevoren: gedichten in beeld, op muziek, in beweging, door de stem van de dichter zelf. Surf naar de webpagina http://storify.com/jpdh/lees-luister-ervaar-poezie-als-nooit-tevoren of ontdek de Gedichtendagpc op de afdeling Literatuur in bib Zuid (vierde verdieping). Alle activiteiten zijn gratis. Inschrijven is niet nodig.

Maeterlinck100: wandeling en poëzieposter
De Gentse Nobelprijswinnaar Literatuur Maurice Maeterlinck schreef gedichten, poëtische toneelstukken en essays. Maak kennis met de dichter Maeterlinck tijdens een poëtische wandeling door Gent met Jean-Paul Den Haerynck, zelf dichter, medewerker van de bibliotheek en van de website Literair Gent.
- Op zaterdag 28 januari 2012 van 10 tot 12 uur.
- Verzamelen in de inkomhal van de bibliotheek om 10 uur
- Eindpunt op het Sint-Baafsplein om 12 uur
- Gratis. Reserveren verplicht via e-mail bibliotheek@gent.be of tel. 09 266 70 00.
Jongeren kunnen zelfstandig of met de school de Maeterlinck Jongerenpoëzieroute volgen, aan de hand van de brochure ‘Op stap met Meneer Maurice’. Gratis te verkrijgen bij het Poëziecentrum en in elke bibliotheek. Bovendien kan elke poëzieliefhebber een prachtige poster kiezen met een gedicht van Maurice Maeterlinck, vertaald door hedendaagse dichters Frank Pollet, Daniel Billiet en Christophe Vekeman (drie verschillende gedichten).

Waar en wanneer te verkrijgen:
- in de bibfilialen: de hele Gedichtendagweek van maandag 23 tot en met zaterdag
28 januari 2012, zolang de voorraad strekt.
- in bib Zuid: vanaf Gedichtendag donderdag 26 januari 2012 op de afdeling Literatuur (vierde verdieping) en in de jeugdbib. Ook na de Paarse Zetel met Anneke Brassinga op 26 januarien in de inkomhal op zaterdagnamiddag 28 januari 2012.

De vierde verdieping en de jeugdbib hebben nog meer poëziepresentjes in de aanbieding, onder andere brochures van de Kinderpoëzieroute en van de Jongerenpoëzieroute ‘Op stap met Meneer Maurice’. Voor kinderen van 7 tot 10 jaar die houden van rijmen en zelf mooie gedichten maken, is er een poëziewedstrijd. Schrijf een rijmpje of gedichtje van tien lijntjes rond het thema ‘Stroom’ (bijvoorbeeld water, rivier, energie, zee, enz.). Je maakt kans om het boek ‘De Blauwe Vogel’ (het verhaal van de Gentse Nobelprijswinnaar Maeterlinck, bewerkt door jeugdauteur Do Van Ranst met tekeningen van Carll Cneut) te winnen.

Praktisch
- Voor kinderen van 7 tot 10 jaar
- Rond het thema ‘Stroom’ (rivier, zee, water, energie, enz.)
- Lengte: ongeveer tien lijntjes
- Schrijf je naam, je bibkaartnummer en je e-mailadres of telefoonnummer erbij
- Drop je gedicht in de ‘Stroomdoos’ in jeugdbib Zuid vóór 31 januari 2012

Er worden drie winnaars geselecteerd. De jury van de jeugdbib zal de winnaars bekend maken op woensdag 15 februari 2012.

zaterdag 21 januari 2012

Stad Gent genomineerd als meest horecavriendelijke stad van Vlaanderen

Voor de vierde keer op rij is de Stad Gent voor de Horeca Awards genomineerd in de categorie ‘Meest horecavriendelijke stad van Vlaanderen’. Daarnaast dingen nog vier Gentse horecazaken mee naar een award in hun categorie. De Horeca Awards vinden dit jaar voor de vierde maal plaats. De Stad Gent is voor de vierde keer op rij genomineerd in de categorie ‘Meest horecavriendelijke stad van Vlaanderen’. Schepen Mathias De Clercq en de horecacoach hebben op 14 november 2011 het Gentse horecabeleid succesvol toegelicht aan een professionele jury. Naast Gent zijn ook Genk, Hamont-Achel, Poperinge, Dendermonde en Sint-Niklaas genomineerd in de categorie van steden en gemeenten.

De Stad Gent viel op de Horeca Awards al drie maal in de prijzen. In 2008 en 2009 won de Stad Gent de titel van meest horecavriendelijke stad, in 2010 won de Stad Gent de persprijs. Naast de award voor steden en gemeenten, zijn dit jaar ook vier Gentse horecazaken genomineerd in hun categorie:
- B&B De Waterzooi in de categorie B&B Hotels
- Broodjeszaak Eat-It in de categorie Afhaal – Frituur – Broodjeszaken - Eetgelegenheden
- bvba Ozzy in de categorie Traiteurs - Feestcateraars
- Brasserie De Cassis in de categorie Brasseries – Tavernes - Eetgelegenheden

De uitreiking van de awards vindt plaats op maandag 30 januari 2012 om 23 uur in de Limburghal in Genk.

vrijdag 20 januari 2012

Chemiesector sluit onderwijsconvenant met minister Smet en onderwijskoepels

Sectorfederatie essenscia vlaanderen, de vakbonden van de chemiesector, Vlaams minister van Onderwijs Pascal Smet en de vier onderwijskoepels hebben vandaag een onderwijsconvenant ondertekend voor de sector chemie, kunststoffen en life sciences. Met dit convenant slaan de verschillende partijen de handen in elkaar om de samenwerking tussen onderwijs en de chemiesector te intensifiëren en meer concrete en meetbare engagementen aan te gaan. Zo wordt onder meer gewerkt aan een betere ‘branding’ van de sector bij jongeren en leerkrachten en worden er structureel bedrijfsstages voor leerkrachten en leerlingen aangeboden. Het gemeenschappelijke doel van alle partijen is een verhoogde instroom van jong talent in de chemiesector.

Op basis van een studie van de KU Leuven verwacht de sector het komende decennium een uitstroom van ongeveer 16.000 oudere werknemers die de pensioenleeftijd zullen hebben bereikt. Op een totale tewerkstelling van ruim 61.000 is dit een zeer aanzienlijk aantal. Bovendien is de sector erin geslaagd om de tewerkstelling de voorbije jaren relatief stabiel te houden en is er geen sprake van een afbouwscenario in de chemische industrie en life sciences in Vlaanderen. Een vlotte communicatie met jongeren en een goede samenwerking met de onderwijswereld is dus uiterst belangrijk om nieuwe talenten aan te trekken. Nog al te vaak is de chemie immers voor jongeren een grote onbekende, terwijl de chemische industrie via haar producten in ons dagelijks leven alomtegenwoordig is en voor tal van problemen duurzame oplossingen biedt.

essenscia en haar leden-bedrijven ondernemen al verschillende jaren tal van acties om industrie en onderwijs dichter bij elkaar te brengen. Tijdens het voorbije Internationaal Jaar van de Chemie 2011 organiseerde essenscia een ‘Week van de Chemie’ en een opendeurweekend in 60 bedrijven en kennisinstellingen met bijzondere aandacht voor jongeren. De eerste resultaten van deze communicatieacties naar het onderwijs beginnen zich stilaan af te tekenen. Zo zit het aantal inschrijvingen in wetenschappelijke en chemie-gerelateerde studierichtingen aan Vlaamse universiteiten en hogescholen in de lift, maar zijn ze nog steeds ontoereikend om de grote vraag naar wetenschappelijk en technisch geschoold personeel, die overigens niet uitsluitend de chemiesector treft, op te vangen.

Gratis rondvaarten in de Gentse haven wegens succes verdubbeld

Het Havenbedrijf Gent organiseert sinds november 2011 elke maand gratis rondvaarten in de haven van Gent. Wegens het grote succes ervan wordt het aantal vaarten verdubbeld en vinden ze het hele jaar door op zaterdag plaats. Jaarlijks zullen zo maar liefst 10.000 mensen de Gentse haven van binnenuit kunnen beleven. Half september vorig jaar kondigde het Havenbedrijf gratis rondvaarten aan op de eerste zaterdag van de maand (voor verenigingen) en op de derde zaterdag (voor particulieren). Op enkele weken tijd waren alle rondvaarten tot het najaar 2012 volzet. Deze manier om de haven te ontdekken werd dus door velen gesmaakt. Dit deed het Havenbedrijf besluiten om voortaan het hele jaar door elke zaterdag rondvaarten te organiseren voor particulieren en voor verenigingen.

Gedurende twee uur kan iedereen van op het water de haven van binnenuit beleven. De rondvaart op het havenjacht “Jacob van Artevelde” is helemaal gratis voor particulieren. Gewoon vooraf inschrijven is de boodschap. Voor verenigingen en organisaties wordt er zelfs maatwerk geleverd. Het Havenbedrijf wil met deze rondvaarten “alle Gentenaars” naar de haven halen om zo de haven op een unieke wijze te ontdekken. Het vertrekpunt is de Rigakaai tegenover Weba. De tocht duurt twee uur en onderweg wordt er uitleg gegeven over Gent als toegangspoort tot Europa. Het jacht vaart helemaal tot aan het Kluizendok en terug langs de dokken, kaaien, zeeschepen die van over heel de wereld afmeren en binnenvaartschepen die laden en lossen. Onderweg ziet men onder meer ook de chemische bedrijven, de graansilo’s van Eurosilo naast de R4-Oost, de Ringvaart die de haven op Noord-Frankrijk doet aansluiten, de papierfabriek Stora Enso, de terminals met fruitsap voor heel Europa, de Volvofabriek, een van de grootste clusters van biobrandstofbedrijven van Europa, de elektriciteitscentrale van Electrabel, het Mercatordok waar grote schepen met rollend materieel op en af naar Scandinavië vertrekken, ArcelorMittal en tal van overslagkades.

De haven ligt ten noorden van de stad en beslaat zowat een derde van het Gentse grondgebied. Als hét economische hart van Oost-Vlaanderen staat de haven voor ruim 70.000 (in)directe jobs in 300 havengebonden bedrijven en voor 50 miljoen ton goederenoverslag. Voor heel wat mensen is de haven (nog) onbekend gebied. Dat is niet toevallig, want men kan om veiligheidsredenen niet zomaar overal in het havengebied.

De rondvaarten zijn gratis, maar inschrijven is wel verplicht. Deze rondvaarten vinden het hele jaar door plaats, behalve in juli (want dan gaan ze door tijdens de hele Gentse Feesten) en augustus. De rondvaarten zijn van 10 tot 12 uur en van 14 tot 16 uur. Er is telkens plaats voor tachtig personen. Er is steeds een gids aan boord die tijdens de vaart toelichting geeft over de haven. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen enerzijds particulieren en anderzijds verenigingen en organisaties.

- Rondvaarten voor particulieren
Particulieren kunnen voor maximum zes personen tegelijk inschrijven. Aan boord kan men een drankje kopen. Inschrijven kan online via www.havengent.be/rondvaarten waar alle (nog) beschikbare rondvaarten te zien zijn of telefonisch bij het Havenbedrijf Gent via 09 251 05 50.

- Rondvaarten voor verenigingen en organisaties
Verenigingen en organisaties betalen 70 euro voor de gids. Wil een vereniging catering aan boord dan kan dit worden afgesproken. Men dient contact op te nemen met de PR-dienst van het Havenbedrijf Gent via 09 251 05 50 of pr@havengent.be om in te schrijven en voor een programma op maat.

Traditiegetrouw organiseert het Havenbedrijf tijdens de Gentse Feesten rondvaarten in de haven. Die blijven ook in de toekomst plaatsvinden. De voorbije twee jaar waren die telkens in enkele uren tijd volzet. In 2011 bezochten zo maar liefst 2.560 mensen de haven per rondvaart. Het succes van de rondvaarten tijdens de Gentse Feesten én het overdonderende succes van de eerdere rondvaarten op zaterdag deden het Havenbedrijf beslissen om de gratis rondvaarten voortaan het hele jaar aan te bieden.

donderdag 19 januari 2012

Restauratie retabel Lam Gods kan van start gaan

Lam Gods 2010 (09) Dat het veelluik van het Lam Gods (1432) van de gebroeders Van Eyck in de Sint-Baafskathedraal in Gent erfgoed is van wereldformaat, hoeft geen betoog. Enkele jaren geleden werd duidelijk dat het klimaat in de kooi waarin het schilderij zich bevindt, niet voldeed aan de eisen voor behoud van dit topstuk. In het kader van dringende instandhoudingswerken werd een toestandsbeschrijving opgemaakt waaraan tevens een wetenschappelijk onderzoek werd gekoppeld dankzij de steun van The Getty Foundation. Maar wilde men dit topstuk duurzaam voor de komende generaties bewaren, dan waren diepgaandere maatregelen, een grondige conservatie en restauratie, vereist. De Vlaamse Overheid nam hiertoe de beslissing en wees het Museum voor Schone Kunsten (MSK) in Gent aan als locatie voor de restauratie van het Lam Gods en de Provincie Oost-Vlaanderen als verantwoordelijke voor de publiekscampagne bij deze restauratie. De eigenlijke restauratie zal uitgevoerd worden door het Koninklijk Instituut voor Kunstpatrimonium (KIK).

Veel instellingen, organisaties en partners zetten hun schouders onder de restauratie van dit topstuk. De Provincie Oost-Vlaanderen neemt de publiekswerking voor haar rekening via haar Provinciaal Cultuurcentrum Caermersklooster in de wijk Patershol in Gent. Stad Gent staat in voor de locatie van de conservatie/restauratiecampagne. In het Museum voor Schone Kunsten (MSK) zal zaal 4 voorbehouden en ingericht worden als restauratieatelier. Iedereen kan de restauratiewerken volgen doorheen een glazen wand. Het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) staat in voor de uitvoering van de behandeling. Zie ook de website vaneyck.kikirpa.be. Het team van conservatoren-restauratoren werkt hiervoor samen met een adviserend comité en met een aantal internationale werkgroepen rond diverse aspecten van de behandeling, zoals deze van de verflaag, van de panelen en de lijsten, van het klimaat en van de kunsthistorische context. De kathedrale kerkfabriek is de opdrachtgever, die Het Lam Gods beheert en die zetelt in het adviserend comité, samen met experten en vertegenwoordigers van de verschillende betrokken beleidsniveaus. Het Fonds Inbev-Baillet Latour sponsort voor 20% van het restauratiebedrag. De Vlaamse overheid, meer bepaald de ministers Geert Bourgeois (onroerend erfgoed) en Joke Schauvliege (cultuur), financiert voor 80 % de restauratiewerken. De totale restauratiekost wordt geraamd op 1 400 000 euro.

De start van de werkzaamheden is gepland in september 2012 en zal 5 jaar duren. De restauratie wordt opgedeeld in drie fasen, waarbij steeds één derde van de panelen zal worden verplaatst naar het MSK; twee derde van het altaarstuk blijft in de Sint-Baafskathedraal. De restauratie is te volgen achter een glazen wand; camera's capteren de werkzaamheden en stralen de beelden door naar het Caermersklooster. Zowel in het MSK als in de Sint-Baafskathedraal zal de bezoeker geïnformeerd worden over de restauratiewerken. Het altaarstuk zelf moet te allen tijde en doorheen de restauratiewerken toegankelijk blijven voor het publiek. Meer nog, de bezoeker kan de restauratiewerken op de voet volgen en krijgt duiding bij de uitgevoerde werken en bij het belang van dit topstuk. De Provincie Oost-Vlaanderen stelt hiervoor een deel van haar Provinciaal Cultuurcentrum Caermersklooster ter beschikking. De bezoeker kan er terecht voor informatie en duiding. Via projecties kan hij er de restauratiewerken in het MSK live volgen en ook permanent de resterende panelen in de Sint-Baafskathedraal. Daarnaast wordt de restauratie wekelijks gedurende 30 minuten op professionele wijze gefilmd. Deze film vertelt en toont wat en hoe de komende week te werk zal gegaan worden. Deze film wordt dagelijks 'in loop' in het Caermersklooster getoond. Na verloop van tijd geeft dat een uniek audiovisueel document van de restauratiewerken.

Halfjaarlijks komt er een nieuwe tentoonstelling die telkens een ander aspect van Het Lam Gods belicht. De tentoonstellingen zijn wetenschappelijk onderbouwd maar toegankelijk gemaakt voor een breed publiek. Om het belang van Het Lam Gods ook voor een jonger publiek duidelijk te maken worden educatieve pakketten voor scholen en jeugddiensten ontwikkeld. Een nieuwsbrief moet de geïnteresseerde kunstliefhebber op de hoogte houden van het verloop van de restauratie en van de publieksactiviteiten. Als sluitstuk voorziet men de uitgave van een boek met al het materiaal dat er tijdens de restauratiewerken werd verzameld.

Het Topstukkendecreet (2003) beschermt roerend cultureel erfgoed van uitzonderlijke waarde. Het gaat om cultureel erfgoed dat omwille van zijn bijzondere archeologische, historische, cultuurhistorische, artistieke of wetenschappelijke betekenis voor de Vlaamse Gemeenschap in Vlaanderen bewaard moet blijven. Het Lam Gods behoort – hoe kan het anders – hiertoe. Vlaams minister van Cultuur Joke Schauvliege: “De restauratiecampagne van het Lam Gods is de eerste restauratieactie die het beleidsdomein Cultuur en Onroerend Erfgoed gezamenlijk ondernemen. De restauratiekosten worden gelijk verdeeld. De raming bedraagt 1,4 miljoen euro. Het Topstukkendecreet is een belangrijk financieringsinstrument voor de conservatie en restauratie van Topstukken. Het decreet voorziet in een subsidiëring van maximum 80% van de restauratiekosten. En voor Topstukken die onlosmakelijk deel uitmaken van een beschermd monument, zoals het Lam Gods in de Sint-Baafskathedraal, wordt deze restauratiepremie gedeeld met Onroerend Erfgoed.” Vanuit Onroerend Erfgoed maakt Geert Bourgeois 551 000 euro vrij voor de restauratie. Minister Bourgeois: “Dit is de helft van de Vlaamse subsidie. Vanuit wetenschappelijk oogpunt is het restauratieproject heel belangrijk. De kennis en expertise die de komende 5 jaar wordt opgebouwd, kan ook nuttig zijn voor latere gelijkaardige projecten. En als minister van Toerisme voeg ik er ook nog graag aan toe dat het Lam Gods behoort tot het allerbeste dat Vlaanderen te bieden heeft, zowel voor binnenlandse als voor buitenlandse bezoekers.”

woensdag 18 januari 2012

Gentse Handelsdokbrug weer een stapje dichterbij

Binnen enkele jaren verhuist de kleine stadsring R40 in het noorden van Gent, via een brug over de Oude Dokken, van Dok Noord naar de Afrikalaan. Om de bouw van deze Handelsdokbrug mogelijk te maken, zijn twee cruciale stappen gezet. De overeenkomst voor een grondruil tussen de nv Christeyns en de Stad Gent is een feit, en wordt eerstdaags voorgelegd aan de Raad van Bestuur van het stadsontwikkelingsbedrijf AG SOB. Door de grondruil zal de brug een ideaal tracé, loodrecht op het dok, kunnen volgen, en krijgt de nv Christeyns de mogelijkheid om een nieuw distributiecentrum te bouwen recht tegenover haar bestaande productiesite. Het provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan Handelsdokbrug wijzigt dan weer de bestemming van de gronden in de buurt van de brug. Die wijziging laat de bouw van de brug toe, én maakt dat de nabije omgeving van de brug ook als kaai, lokale weg of park kan worden aangelegd. Voor meer uitleg over de Handelsdokbrug is er een algemene informatievergadering op donderdag 2 februari 2012 om 20 uur.

Het princiepsakkoord over de ruil dateert al 17 februari 2011, maar een effectieve ruil van de gronden was pas mogelijk nadat er duidelijkheid was over de hoogte van de brug en het tracé van de toegangsweg naar de Handelsdokbrug. De firma Christeyns, die op de terreinen een nieuw distributiecentrum wil realiseren, wilde ook zeker zijn dat haar nieuwe terreinen makkelijk bereikbaar zullen zijn voor vrachtwagens. Dat er nu na maanden overleg een akkoord is over al de modaliteiten van de ruilovereenkomst, is erg belangrijk voor de Stad Gent. De Handelsdokbrug zal de mobiliteit in de stad sterk verbeteren en tegelijk blijft de tewerkstelling bij Christeyns gegarandeerd. Verder wordt nog met het Agentschap Wegen en Verkeer (AWV) en Waterwegen en Zeekanaal (W&Z) overlegd over de definitieve doorvaarhoogte onder de brug. Om de bouw van de Handelsdokbrug mogelijk te maken, is een provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan (PRUP) nodig. Dat plan wijzigt de bestemming van de gronden in de buurt van de toekomstige brug. Vandaag zijn deze gronden nog altijd bestemd voor wonen en industrie. Het PRUP wijzigt deze bestemming in ‘zone voor publieke ruimte’. Dat laat toe de nabije omgeving van de brug ook aan te leggen als bijvoorbeeld kaai, lokale weg of park. Zo wordt de samenhang met andere publieke ruimte in de nabijheid, zoals een nieuw wijkpark en gerestaureerde kaaien en kranen, gegarandeerd.

Waarom is de Handelsdokbrug belangrijk?

In het noorden van de stad bestaat er geen rechtstreekse verbinding tussen de kleine stadring (R40) en de grote ring rond Gent (R4) of de haven. Daardoor is de verkeersdruk in de wijken Muide-Meulestede, Ham en Dampoort vandaag bijzonder groot. Om deze wijken te ontlasten, is de bouw van de Handelsdokbrug essentieel. Dankzij de Handelsdokbrug hoeft doorgaand verkeer niet langer door de wijken Muide-Meulestede en Ham heen te rijden. Tegelijk wordt ervoor gezorgd dat bewoners van het gebied tussen de Afrikalaan en de spoorbundel van Gent-Dampoort de Afrikalaan vlot kunnen oversteken. De brug maakt deel uit van de stedelijke ringboulevard over de Oude Dokken, en op langere termijn langs de Dampoort. Zo zal het doorgaand verkeer in een vlotte beweging vanuit het noorden van de stad zuidwaarts kunnen rijden, en omgekeerd. Samen met de toekomstige herinrichting van het Dampoortknooppunt zorgt de Handelsdokbrug er dus voor dat ook de Dampoortwijk een stuk leefbaarder wordt. De komende vijftien tot twintig jaar verandert bovendien de onmiddellijke omgeving van de Oude Dokken in een volledig nieuw stadsdeel aan het water. Samen met drie nieuwe fietsers- en voetgangersbruggen, zorgt de Handelsdokbrug voor een perfecte aansluiting van de Oude Dokken op de binnenstad.

Nog tot en met 8 maart 2012 loopt een openbaar onderzoek over dit PRUP. Tijdens dit openbaar onderzoek kan iedereen officieel zijn bezwaren en opmerkingen over het PRUP indienen. Om iedereen zo goed mogelijk over de toekomstplannen rond de Handelsdokbrug te informeren, vindt er een infomoment plaats op donderdag 2 februari 2012 om 20 uur in De Centrale, Kraankindersstraat 2, 9000 Gent.

dinsdag 17 januari 2012

OVAM reikt Ecodesign Award PRO 2011 uit.

Vandaag reikt Vlaams minister van Leefmilieu, Natuur en Cultuur Joke Schauvliege, in het Vlaams Parlement de OVAM Ecodesign Award PRO 2011 uit. Zij zal samen met mevrouw Henny De Baets, administrateur-generaal van de OVAM, de prijzen aan de laureaten overhandigen. De OVAM Ecodesign Award PRO voor professionele ontwerpers wordt voor de vierde keer uitgereikt in het kader van de Henry van de Velde Awards voor design, georganiseerd door Design Vlaanderen. Van 18 januari tot en met 25 februari 2012 worden de winnende ontwerpen van de Henry Van de Velde Awards & Labels en de OVAM Ecodesign Awards & Nominaties in De Loketten tentoongesteld voor het grote publiek. De tentoonstelling is gratis toegankelijk van maandag tot en met zaterdag van 10 tot 17 uur. Tijdens de uitreiking zal de OVAM ook het nieuwe trefpunt Ecodesign.link voorstellen (www.ovam.be/ecodesignlink). Ecodesign.link wordt het trefpunt voor al wie actief is op vlak van duurzame productinnovatie. Het trefpunt brengt alle OVAM-instrumenten en kennis omtrent ecodesign bij elkaar. De OVAM wil hiermee alle specifieke doelgroepen in de productketen informeren en faciliteren. Daarnaast zal het trefpunt ook innovatieve onderzoeken en proefprojecten omtrent ecodesign voeren.

Om de milieu-inspanningen van onze Vlaamse ontwerpers en bedrijven te belonen, reikt de OVAM jaarlijks de Ecodesign Award PRO uit voor professionelen. Daarnaast organiseert de OVAM jaarlijks de OVAM Ecodesign Award Studenten om ook de toekomstige ecodesigners te belonen. De Ecodesign Award PRO heeft twee categorieën: ‘product op de markt’ (prijs: 4.000 euro en een trofee) en ‘product in ontwikkeling’ (prijs: 2.000 euro). In de categorie 'product op de markt' worden ook nominaties uitgereikt. Bij de beoordeling van de inzendingen houdt de jury vooral rekening met de mate waarin ecodesign wordt toegepast: houdt de ontwerper in zoveel mogelijk fases van de levenscyclus van het product rekening met de milieuaspecten? Criteria om dit te beoordelen zijn enerzijds de evaluatie van de milieu-impact van het product doorheen zijn levenscyclus (functievervulling, grondstofvervanging, materiaalbesparing, procesefficiëntie, distributie, productgebruik, levensduur en productafdanking) en anderzijds de invulling van het concept duurzaamheid via sociale, economische en ecologische aspecten. Daarnaast houdt de jury uiteraard ook rekening met de algemene kwaliteit en vormgeving, het verspreidingspotentieel en het innovatieve karakter van het ontwerp.

Laureaat OVAM Ecodesign Award PRO 2011 in de categorie 'product op de markt':
LWD, a lightweigt functional door demonstrator, ontworpen door Hegge ID.

Het project LWD is een initiatief van Flanders' Drive. Het doel is om in te spelen op de vraag van de automobielsector om lichtere, comfortabele en duurzame materialen toe te passen in de productie van voertuigen. Binnen het project zijn materialen, bewerkingen, technieken en combinaties op een innovatieve manier uitgewisseld, gecombineerd en getest. Het resultaat is een autodeur die 20 procent minder weegt dan een gebruikelijke autodeur.

Laureaat OVAM Ecodesign Award PRO 2011 in de categorie 'product in ontwikkeling':
Solarwind, een trailer uitgerust met zonnecellen voor een elektrische fiets, ontworpen door architect Raf Van Hulle.

De elektrische fiets kent de laatste jaren een enorme opmars. Het gebrek aan bagageruimte op de fiets en de beperkte autonomie van de batterij maken de elektrische fiets minder geschikt voor het afleggen van lange afstanden. Solarwind biedt de oplossing! De trailer biedt extra bagageruimte en is uitgerust met een zonnepaneel dat ervoor zorgt dat de batterij van de elektrische fiets wordt opgeladen en op peil blijft. De jury ziet een groot groeipotentieel in het concept van Solarwind en wil met de geldprijs van 2.000 euro dit project ondersteunen in zijn de verdere ontwikkeling.

Nominatie OVAM Ecodesign Award PRO 2011 in de categorie 'product op de markt':
drinKraantjeswater Karaf ontworpen door Hegge ID.

Met de drinKraantjeswater karaf wil men het gebruik van leidingwater als drinkwater stimuleren. Er werd gekozen voor een iconische en tijdloze vormgeving met als inspiratiebron de grote verscheidenheid aan watertorens in het Limburgse landschap. De karaf is vervaardigd uit porselein en werd dikwandig uitgevoerd om de kans op breken te verkleinen. De karaf werd ontworpen voor de deelname aan de ontwerpwedstrijd 'drinKraantjeswater' georganiseerd door de provincie Limburg, Limburg.net, de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW), de Intercommunale Watermaatschappij IWM en de Bond Beter Leefmilieu.

Philips laat vernieuwde stadskern Deinze stralen en tot 40% energie besparen

In nauwe samenwerking met Philips Lighting voert het stadsbestuur van Deinze het tweede luik uit van de stadskernvernieuwing van de markt met het stadhuis, de nieuwe stadsluifel en het Huis Van Thuyne. In 2011 kregen reeds het Sint-Poppoplein, de Leiedam, het Emiel Clausplein met de kerk, het Saveryspand en de ophaalbrug een verlichtingsmake-over. Deze realisaties hebben als doel om op een duurzame manier de sfeer en veiligheid te verbeteren. De Philips verlichting laat de stad Deinze toe aanzienlijk op onderhoud te besparen en maar liefst 40% op energie. Bovendien draagt de openbare verlichting eveneens haar steentje bij tot de vermindering van lichtvervuiling en CO2-uitstoot. Philips ontwikkelde voor Deinze een verlichtingsconcept op maat dat rekening houdt met de specifieke functie en vereisten van ieder gebied in de stadskern. Bovendien beantwoorden alle realisaties aan de criteria die de stad Deinze, onder de verantwoordelijkheid van schepen van Openbare Werken Bart Van Thuyne, voorop stelde: duurzaamheid, vernieuwing en design. ‘Minder is meer’ vormt ontegensprekelijk de overkoepelende gedachte achter dit project.

Minder straatverlichting geeft meer sfeer en meer veiligheid
Straatverlichting in woonwijken is een dubbele uitdaging: hoe de veiligheid van de bewoners verzekeren en tegelijk energie- en exploitatiekosten verlagen? Philips maakt dit onder meer mogelijk met de Fortimo LED-technologie. Deze bereikt met minder lichtpunten hogere lichtsterktes, met behoud van een uniform wit lichtbeeld voor een optimaal veiligheidsgevoel.

Minder onderhoud van LED-lampen dankzij lange gegarandeerde lichtintensiteit
LED-lampen zijn niet alleen duurzaam door hun lagere energieverbruik: hun lichtintensiteit blijft tot 15 jaar lang gegarandeerd zonder onderhoud. Hun levensduur is met andere woorden 4 à 5 keer langer dan traditionele verlichting.

Design
De stad Deinze en het ontwerpteam Marie-José Vanhee in samenwerking met Robbrecht & Daem waakten erover dat er ook voldoende aandacht was voor smaakvol design. Philips paste zo op advies van de stad de opvallende konische vorm van de CitySpirit straatverlichtingsarmaturen aan.


Deinze nog dichter bij doelstelling 2020
Deinze engageert zich om het woon- en leefplezier voor de burgers te verbeteren. Daarom werd in 2010 gestart met de stadskernvernieuwing en de opwaardering van het publieke domein. Vernieuwde, duurzame verlichting in het stadscentrum vormt één van de speerpunten in een reeks van geplande verbeteringen binnen het masterplan openbare verlichting dat Deinze voor haar volledige grondgebied heeft uitgewerkt.
“Deinze bij nacht straalt als nooit tevoren en de gezellige, veilige sfeer in het centrum komt je tegemoet. Persoonlijk ben ik vooral trots op de verlichting van de kerk en de ophaalbrug. Met dit verlichtingsconcept zet Deinze een stevige stap in de richting van haar streefdoel om tegen 2020 30% minder energie te verbruiken voor de openbare verlichting”, aldus schepen van Openbare Werken Bart Van Thuyne.

maandag 16 januari 2012

Gentse kantorenmarkt blijft groeien

Dankzij de realisatie van verschillende kantoorgebouwen op diverse strategische locaties blijft de Gentse kantorenmarkt verder groeien. In totaal wordt de kantorenvoorraad op bijna 1,4 miljoen m² geraamd. Dat is een groei van 10% ten opzichte van 2006. In totaal werd in 2011 voor 60.000m² vloeroppervlakte kantoren verhandeld. Dat is 20% hoger dan het gemiddelde van de afgelopen 10 jaar. Bovendien toont ook de lage leegstand met 4,4% dat de Gentse kantorenmarkt het nog steeds uitstekend blijft doen en stabiel blijft ten opzichte van de voorbije jaren. In 2011 zijn er heel wat nieuwe kantoorcomplexen gerealiseerd of in aanbouw. Dit gaat onder andere om de in aanbouw zijnde KBC Arteveldetoren op het knooppunt van de E40 en de Kortrijksesteenweg, de ontwikkelingen op The Loop en de bouw van het Vlaams Administratief Centrum aan het station Gent-Sint-Pieters. De gemiddelde huurprijs op de Gentse kantorenmarkt bedroeg in 2011 106 euro/m² per jaar. De ‘prime rents’, de zogenaamde tophuren voor nieuwbouwlocaties, bedroegen tot 145 euro/m² per jaar.

Voor het registreren van transacties wordt gewerkt op basis van alle overeenkomsten die in 2011 zijn afgesloten voor huur of verkoop van kantoren. Dit gaat dus per definitie niet om de effectieve ingebruikname van kantoren. In 2011 zijn er door de Dienst Economie een 65-tal transacties geregistreerd op de Gentse kantorenmarkt. In totaal is er voor 60.000m² vloeroppervlakte verhandeld. De afgelopen 10 jaren bedroeg de gemiddelde jaarlijkse opname 48.000m². Met 20% meer opname dan de voorbije 10 jaar heeft de Gentse kantorenmarkt in 2011 weer een sterk jaar achter de rug. Een aantal grote transacties in 2011 zijn onder andere de verhuizing van AG SOB naar de Bank van de Arbeid in de Volderstraat (4.300m²) en de centralisatie van het Wit-Gele Kruis in het bestaande Manchestergebouw in de H.-J.-Reystraat (4.200m²). De komende jaren komt er nog heel wat kantoorruimte bij. Naast de bouw van kantoorprojecten op The Loop en station Gent-Sint-Pieters zullen ook projecten als het Arteveldestadion en diverse kleinere projecten zorgen voor de noodzakelijke nieuwe ruimte op de Gentse kantorenmarkt. De komende 15 jaar voorzien de plannen op die verschillende locaties in een totale uitbreiding van circa 250.000m², waarvan een gedeelte dus al effectief in aanbouw is.

zaterdag 14 januari 2012

Ledeberg kiest Prinses Karnaval op 28 januari

Het Organisatiecomité en de Ledebergse karnavalgroepen zijn zeer blij dat het 27ste karnavalseizoen toch 1 kandidaat-prinses heeft opgeleverd. In deze economisch zware tijden is het spijtig genoeg niet meer evident om kandidaten te vinden. Ook in andere carnavalsgemeenten wordt het blijkbaar ook steeds moeilijker om gemotiveerde deelnemers te vinden. De kandidate voor de Ledebergse prinsestitel is Wendy Pattyn, die als deelnemer van de Karnavalgroep ‘t Zieverstroatse naar voor wordt geschoven.

Wendy is een 27-jarige bediende die al van jongs af aan, via haar vader Jos Pattyn (één van de boegbeelden van het Ledebergse karnaval), bij het Ledebergse narrengebeuren betrokken is. Op 4-jarige leeftijd trok ze reeds mee met karnavalgroep ’t Zieverstroatse doorheen de straten van de meest feestende deelgemeente van Gent. Wendy wil met haar kandidatuur de Ledebergse karnavalisten vooral aanzetten om samen verder te vieren en de spirit niet te laten verloren gaan. Oorspronkelijk wilde ze nog een jaartje wachten maar toen bleek dat er weinig animo bij mogelijke kandidaten bestond, besloot ze er toch volop voor te gaan. Haar motto luidt “Nie achteruit, moar veuruit !”. Ze verwijst hiermee naar het motto van Karnaval Ledeberg 2012 “Veuruit ! Achteruit !”. Wendy is momenteel volop bezig met haar campagne en met de voorbereidingen voor de proeven van de verkiezing. Ze is te gast op diverse activiteiten van Ledebergse karnavalverenigingen en heeft daar alvast al bewezen uit het goede hout gesneden te zijn qua présence en presentatie.

De Ledebergse prinsverkiezing belooft een leuk evenement te worden. De diverse troeven voor de kandidate worden afgewisseld met swingende gastoptredens. De ambiance wordt in ieder geval verzekerd. De  kandidate moet 4 soorten proeven afleggen
• de presentatieproef
• de kennisproef
• de behendigheidsproeven
• de showproef
De presentatieproef en de showproef worden beoordeeld door een deskundige jury die uiteindelijk zal bepalen aan wie hoogste Ledebergse karnavalseer toekomt.

De nieuwe Prinses mag natuurlijk het voortouw nemen op de 27ste Ledebergse karnavalstoet die op zaterdag 3 maart 2012 vanaf 15u, onder het motto “VEURUIT ! ACHTERUIT !” door de straten van de deelgemeente trekt. Zij zal ook de talrijke Ledebergse karnavalisten door de vierdaagse Ledebergse karnavalgekte (2 maart tot en met 5 maart 2012) loodsen.

Door de renovatiewerken aan de feestzaal van het dienstencentrum Ledeberg en door het feit dat er nog steeds weinig vooruitgang in dit dossier blijkt te zitten moet Karnaval Ledeberg nog steeds noodgedwongen uitwijken naar de polyvalente zaal van het Dienstencentrum Gentbrugge. De zeventiende verkiezing heeft plaats op zaterdag 28 januari in de feestzaal van het Dienstencentrum Gentbrugge aan de Braemkasteelstraat en start om 20u stipt. De reservatiekaarten (8 EUR), die toegang geven tot de verkiezing, zijn verkrijgbaar bij de kandidate en het secretariaat van het Organisatiecomité (Langestraat 95 – 9050 Ledeberg - 09/ 231 60 26).
Inlichtingen Organisatiecomité Karnaval Ledeberg vzw
Edward Blaesstraat 37,
9050 Ledeberg
info@karnavalledeberg.be
www.karnavalledeberg.be

vrijdag 13 januari 2012

Inschrijvingsbewijs van uw wagen blijft populair bij criminelen

In 2010 werden in België 6788 diefstallen van inschrijvingsbewijzen geregistreerd. Die worden in het criminele circuit gebruikt om fraude te kunnen plegen met gestolen wagens of bij de verzekeringenmaatschappijen. Het overgrote deel van deze feiten zou nochtans vermeden kunnen worden door één simpele preventiemaatregel. De Algemene Directie Veiligheid en Preventie van Binnenlandse Zaken werkt daarom samen met de Federale politie op het Autosalon om eigenaars te sensibiliseren hun boorddocumenten steeds uit wagen te nemen.

Wat kunnen dieven doen met jouw inschrijvingsbewijs ?

Uit de cijfers blijkt dus dat het inschrijvingsbewijs nog steeds nuttig is voor criminelen. Ze kunnen dit op verschillende manieren gebruiken om te frauderen.
Een eerste mogelijkheid tot frauderen is het stelen van het inschrijvingsbewijs van een voertuig en het stelen van een soortgelijk voertuig. Vervolgens wordt het voertuig in Frankrijk ingeschreven op basis van de gestolen documenten. De dieven hebben op die manier een voertuig waarvan de documenten in orde zijn en dat ze kunnen verkopen.
Een tweede mogelijkheid is verzekeringsfraude: met de gestolen documenten schrijf je bij de Franse prefectuur het Belgische voertuig in op je eigen naam. Daarna verzeker je ook die fictieve wagen in Frankrijk en enkele weken later geef je het bij de politie aan als gestolen. Na enkele maanden wachttijd betaalt de verzekering uit. Het venijn in de staart van het verhaal zit intussen in België: daar is de eigenaar enkel de boorddocumenten kwijt. Maar intussen heeft de Franse politie het fictieve voertuig ingeschreven in Frankrijk, wel geseind als gestolen in heel de Schengenzone. En vanaf dat ogenblik rijdt een Belg rond met een Schengen-geseind gestolen voertuig.

Hoe diefstal voorkomen?
Heel eenvoudig: door je boorddocumenten steeds uit de wagen te nemen. Simpeler kan niet, maar je moet er wel aan denken als je vertrekt, ze weer bij te hebben. Het is een kwestie van een goede gewoonten aan te nemen die veel leed kunnen besparen. Om de burger hiermee te helpen deelt men op het autosalon gratis een handige boorddocumentenhouder uit op de stand van de Federale politie (Paleis 1 – stand 29). Het is een kleine map waarin alle verplichte boorddocumenten netjes passen zodat een chauffeur in één beweging alle belangrijke documenten bij zich heeft.

Ben je toch slachtoffer van een diefstal?
Doe altijd aangifte van de diefstal van je boorddocumenten. De politie zal het gebruik van het gestolen inschrijvingsbewijs registreren en het zal dus moeilijker zijn om dit document in het autozwendelcircuit te gebruiken. Om de diefstalaangifte en de aanvraag van nieuwe documenten te vergemakkelijken, is het wel handig om thuis copies te bewaren.

Wil je een tweedehandswagen kopen?
Als je een tweedehandswagen wil kopen, controleer dan steeds op www.checkdoc.be  of het inschrijvingsbewijs geldig is en niet overeenkomt met dat van een gestolen document.  Alle burgers kunnen kosteloos en snel gebruik maken van deze toepassing.

Tot slot nog enkele tips om diefstallen van waardevolle voorwerpen en boorddocumenten uit je wagen te voorkomen:

-    Parkeer je wagen op een veilige plaats en sluit ramen en deuren goed af.
-    Laat niets in je auto achter, ook je boorddocumenten niet, en laat dit zien door je handschoenkastje en je kofferzeil open te laten.
-    Verwijder de GPS-houder en veeg de zuignapafdruk uit. Deze afdruk is voor dieven een goede reden om te denken dat er zich een GPS in de wagen kan bevinden.
-    Houd je deuren op slot als je rijdt en leg geen waardevolle voorwerpen zichtbaar op de zetels.
-    Wees waakzaam als men je plots doet stoppen. Zorg dat je altijd nog wat manoeuvreerruimte hebt om door te rijden.
-    Als je in een file staat: let op voetgangers die tussen de auto’s stappen.
-    Gebruik je claxon bij gevaar.
-    Maar denk vooral aan je eigen veiligheid bij mogelijk geweld of gevaar.

Op het autosalon kan je voor de documentenhouder en preventietips terecht op de stand van de Federale Politie (paleis 1 – stand 29).

An Pierlé wordt Gentse stadscomponist 2012-2013

Het college van burgemeester en schepenen heeft beslist om An Pierlé aan te stellen als stadscomponist voor de periode 2012-2013. Als stadscomponist zal An Pierlé in verschillende muzikale samenwerkingsverbanden ongetwijfeld een grote meerwaarde betekenen voor de muzikale uitstraling van Gent. Ze kan in binnen- en buitenland fungeren als vertegenwoordiger van de Vlaamse pop- en rocksector, een muzieksector waarin Gent onmiskenbaar een leidende rol speelt. In juli 2011 werd ze al in het kader van Gent Unesco Creative City of Music naar Bologna uitgezonden (samen met onder andere Gabriel Rios en Dick Van der Harst). Bologna is ook Unesco Creative City of Music en partnerstad van de Stad Gent. De grote Gentse muziekpartners, sinds 2011 verenigd in de vzw Gent Unesco Muziekstad, speelden trouwens een adviserende rol in de aanduiding van An Pierlé als stadscomponist.

An Pierlé (1974) is een Gentse muzikante die in 1996 bekendheid verwierf in Vlaanderen door haar deelname aan Humo’s Rock Rally, in een frappante verschijning op een zitbal aan de piano. Er volgde een eerste reeks soloconcerten op onder andere de Gentse en Lokerse Feesten, Boterhammen In Het Park, Marktrock 1998, Crossing Borders, Lowlands en Pukkelpop '98. Uiteindelijk duurde het nog drie jaar voordat ze een eigen album ‘Mud Stories’ uitbracht, met twaalf nummers enkel bestaande uit piano (zowel akoestisch als elektrisch) en zang. In 2002 volgde een tweede album ‘Helium Sunset’, dat muzikaal totaal verschilde van haar debuutalbum. Hoewel er nu ook gitaren en drums aan te pas kwamen, bleef de piano toch sterk aanwezig. Pierlé brak ook internationaal door (vooral in Nederland en Frankrijk) en een lange tourperiode volgde waarbij de grote (en internationale) festivals werden aangedaan – Rock Werchter, Pukkelpop, Dour, Les Eurockéennes, Pinkpop, Les Vieilles Charrues, Les Trans Musicales de Rennes enz. Grote Franse clubtours volgden eveneens.

Na vier jaar kwam in 2006 een titelloos album uit onder de naam ‘An Pierlé & White Velvet’. Met deze naamsverandering wilde Pierlé benadrukken dat ze niet langer een singer-songwriter, maar een frontvrouw van een band was; het fragiele meisje op de zitbal was opgegaan in een stevige rockband. De reputatie werd internationaal bestendigd en meer tournees volgden (ook in Zwitserland, Duitsland, Zuid-Afrika, Italië). Tussendoor werd er ook duchtig geëxperimenteerd met orkestprojecten en grote bezettingen (Mons Orchestra, La Symphonietta de Belfort). Haar begeleidingsband (White Velvet) bestaat uit Koen Gisen (gitaar, medecomponist en tevens producer), Klaas Delvaux (cello en basgitaar) en Peter de Bosschere (drums). In 2006 ontving ze een ZAMU-award als beste zangeres van het jaar. In 2010 kwam haar vierde plaat ‘Hinterland’ uit. Ondertussen werkt ze opnieuw aan een soloalbum.

donderdag 12 januari 2012

Paula Sémer ontvangt institutioneel eredoctoraat van de UGent

Het bestuurscollege van de Universiteit Gent verleende vandaag haar goedkeuring aan het voorstel van rector Paul Van Cauwenberge om een institutioneel eredoctoraat uit te reiken aan Paula Sémer. De UGent drukt met de eretitel haar waardering uit voor het pionierswerk dat mevrouw Sémer bij de Vlaamse radio en televisie verrichte, voor haar bijdrage aan de popularisering van de wetenschap en voor haar aanhoudende maatschappelijke inzet. De uitreiking vindt plaats tijdens de Dies Natalis-viering op 23 maart 2012. Paula Sémer (Antwerpen, 1925) was tijdens de pioniersjaren van de Vlaamse televisie omroepster. Daarnaast is ze ook actrice. Ze begon haar carrière in 1944 op de radio als presentatrice en actrice in hoorspelen. Zelf schreef ze ook talloze luisterspelen voor de jeugd.

Toen het toenmalige NIR in 1953 met de eerste Vlaamse televisieuitzendingen startte, was Paula Sémer een van de eerste omroepsters. Vanaf 1955 was ze als Tante Paula te zien in de jeugdprogramma’s met Nonkel Bob. Later werd ze producer van onder meer sociaal-culturele programma’s en uiteindelijk productieleider bij de Dienst Wetenschappen van de toenmalige BRT. In haar programma’s doorbrak Paula Sémer geregeld de bestaande taboes. Ze maakte thema’s als seksualiteit en kanker bespreekbaar. Haar educatieve programma’s brachten de wetenschap dichter bij de kijker. Via haar cursiefjes en programma’s voor vrouwen, waaronder Penelope dat meer dan tien jaar werd uitgezonden, droeg ze bij tot de emancipatie van de vrouw.