zondag 26 december 2010

Provincie Oost-Vlaanderen start onderzoek naar duurzame glastuinbouwclusters

De Provincie Oost-Vlaanderen start, samen met de POM Oost-Vlaanderen, het EFRO project 'duurzame glastuinbouwclusters in Oost-Vlaanderen' op. Het clusteren van glastuinbouwbedrijven zorgt voor een efficiënter gebruik van ruimte, energie en water en biedt ook bedrijfseconomische voordelen. In de praktijk moeten echter nog heel wat praktische vragen beantwoord worden om effectief te komen tot een dergelijke cluster. Binnen het EFRO project worden Europese, Vlaamse en provinciale middelen voorzien om de bouw en het beheer van glastuinbouwclusters te bestuderen. De glastuinbouw is een belangrijke sector binnen de land- en tuinbouw. De sector zorgt op een beperkte landbouwoppervlakte voor een grote toegevoegde waarde en genereert heel wat directe en indirecte tewerkstelling.

Gedeputeerde Marc De Buck: “In het dicht bebouwde Vlaanderen is het vaak niet eenvoudig om de nodige vergunningen te krijgen voor nieuwe serres. Daardoor verouderen de glastuinbouwbedrijven en blijven ze inzake schaalgrootte ver achter op hun buitenlandse concurrenten, voornamelijk Nederland. Vernieuwing en schaalvergroting zijn nodig om op een kostenefficiënte en duurzame manier te werken”. Om haar plaats op de markt te behouden heeft Oost-Vlaanderen minstens 100 ha nieuwe serres nodig per jaar. De laatste 10 jaar wordt slechts een fractie van deze oppervlakte gerealiseerd. Eén van de oplossingen die door de Vlaamse en provinciale overheid worden ondersteund is de realisatie van duurzame glastuinbouwclusters. Op deze agrarische bedrijventerreinen kan aan de tuinders de nodige rechtszekerheid gegeven worden en zal veel aandacht gaan naar duurzame bedrijfsvoering.

Om zo een cluster effectief te realiseren, is onderzoek en voorbereiding nodig. Het EFRO project maakt 276 298 EUR vrij voor een onderzoek dat zich toespitst op de realisatie van een cluster in de gemeente Beveren. Er wordt onderzocht wat de actuele vraag is van de tuinders, welke oppervlaktes er nodig zijn per teelt en welke samenwerkingsvorm verkozen wordt. Daarnaast gaat er aandacht naar de gevolgen van de realisatie van een cluster voor de omliggende landbouwbedrijven en de uitwerking van remediërende oplossingen. Technisch onderzoek gebeurt naar de inrichting van een cluster, de integratie in het landschap, het beperken van hinder voor de omgeving, duurzame energie- en watervoorzieningen. Het juridisch en financieel onderzoek gaat onder andere dieper in op het beheer van de cluster.

Guido Van Peeterssen

Geen opmerkingen: